Start vaardigheidslessen periode 3


welkom
1 / 27
next
Slide 1: Slide
VerzorgendeMBOStudiejaar 1,2

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson


welkom

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Vaardigheidslessen periode 3



Les 1

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen deze periode?

In periode 3 en 4 gaan jullie aan de slag om alle VTH af te ronden op school.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Wat weten jullie van de wet BIG?

Slide 4 - Mind map

This item has no instructions

Slide 5 - Link

This item has no instructions

Welke VTH gaan we deze periode?
Medicijnen delen
Blaaskatheter observeren en controleren
Blaaskatheter verzorgen
Blaasspoelen
Suprapubische katheter verzorgen
Warmte en koude behandeling
Monsters verzamelen

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Wat moeten jullie daarvoor doen?
  1.  Zelfstandig bijpassende Zorgpad opdrachten lezen en maken;
  2. Vilans protocol doorlezen en vragen opschrijven;
  3. Video van VTH bekijken en vragen opschrijven;
  4. VTH oefenen in praktijklokaal;
  5. VTH af laten tekenen in praktijklokaal.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Is zwachtelen een voorbehouden handeling?
A
Ja
B
Nee

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een risicovolle handeling?
A
Handelingen zonder risico
B
Handeling die bij de uitvoering risico meebrengt voor de cliënt
C
Handeling die risicovol zijn voor diegene die het uitvoert

Slide 9 - Quiz


Wat is het verschil tussen een voorbehouden en een risicovolle handeling?
Wat zijn risicovolle handelingen?
Risicovolle handelingen zijn handelingen die bij de uitvoering van de handeling risico’s meebrengen voor de cliënt. Een voorbeeld is het toedienen van de sondevoeding. Deze handeling is niet voorbehouden, maar er zijn wel risico’s. Dat wil zeggen: handelingen die bij onbekwaam en onzorgvuldig handelen vrijwel zeker tot gezondheidsschade zullen leiden. Voor het uitvoeren van risicovolle handelingen is net als bij voorbehouden handelingen scholing en een bekwaamheidsverklaring verplicht.
Wat zijn voorbehouden handelingen?
Voorbehouden handelingen vormen een specifieke groep binnen de risicovolle handelingen. Het betreft handelingen die door de individuele professionals beroepsmatig worden verricht. In de Wet BIG worden 14 risicovolle handelingen aangemerkt als voorbehouden handelingen. Een arts mag met inachtneming van bepaalde voorwaarden, aan een andere beroepsbeoefenaar (bijvoorbeeld verpleegkundige of verzorgende) opdracht geven via een uitvoeringsverzoek, een voorbehouden handeling te verrichten.
Waar staan de letters BIG voor in relatie tot de BIG wet?
A
Bijzondere Inkomens Goedkeuren
B
Bewaren Informatie en Gebruiken
C
Beroepen Indviduele Gezondheidszorg
D
Beroepen Intramuraal Gebouwen

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

een risicovolle handeling is altijd een voorbehouden handeling
A
klopt
B
klopt niet

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Bekwaam ben je als..............
A
je een diploma hebt en zelf vind dat je voldoende kennis hebt
B
als collega's dat tegen je zeggen
C
je een diploma verzorgende of verpleegkundige hebt
D
als de arts dat tegen je zegt

Slide 12 - Quiz

Wat zijn bevoegdheden en bekwaamheden en wat is het verschil?
20 uur geleden Bijgewerkt
Als je gaat werken in de zorg geldt bij een aantal voorbehouden handelingen dat je bevoegd en bekwaam moet zijn om deze te mogen uitvoeren. Voorbeelden van voorbehouden handelingen zijn injecteren en katheteriseren.
Bevoegd
Je bent bevoegd voor een voorbehouden handeling als je daarvoor de vereiste diploma's of certificaten hebt behaald of bijscholing hebt gevolgd om de betreffende handeling uit te kunnen voeren. Je hebt dan aantoonbaar voldoende theoretische kennis om de handeling uit te voeren. Je weet wat de handeling inhoud, wat de risico's zijn en wat je moet doen bij eventuele incidenten.
Bekwaam
Als je bekwaam bent voor een bepaalde handeling betekent dit dat je de hiervoor vereiste papieren hebt én dat je de handeling beheerst. Het gaat dus om de juiste vaardigheden om de handeling correct uit te voeren.
Daarnaast is het belangrijk dat je de handeling regelmatig uitvoert en inzicht hebt in de effecten van de handeling. Daarbij is kennis van de anatomie en fysiologie van het menselijk lichaam een vereiste.
In het algemeen geldt: heb je langer dan 5 jaar een handeling niet meer verricht dan ben je niet meer bekwaam. Je zult je dan onder begeleiding van bijvoorbeeld een docent of collega eerst weer de handeling eigen moeten maken. Daarna ben je weer bekwaam.
Behalve de theoretische kennis moet je dus ook de praktische vaardigheden bezitten én behouden om de handeling uit te mogen voeren.
Verschillen tussen bevoegd en bekwaam
Als je bevoegd bent ben je dus nog niet ook bekwaam;
Bevoegd zijn voor een handeling is helder en concreet. Je hebt aantoonbaar de juiste papieren;
Bekwaam zijn is minder concreet. Dit betekent dat je voor jezelf moet bepalen of je de handeling wel of niet kan uitvoeren. Ook kan een docent of collega bepalen of jij bekwaam bent om de handeling uit te mogen voeren.
Wat wordt verstaan onder een voorbehouden handeling?
A
Zijn handelingen die voor de arts een verhoogd risico met zich mee brengen.
B
Zijn handelingen die voor de zorgvrager een verhoogd risico met zich mee brengen.
C
Zijn handelingen die voor de verpleegkundige een verhoogd risico met zich mee brengen

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Wie heeft er een BIG registratie?
A
Verpleegkundige
B
Mondhygiënist
C
Fysiotherapeut
D
Tandarts

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Bevoegd maakt bekwaam
A
Ja
B
Nee

Slide 15 - Quiz

Wat zijn bevoegdheden en bekwaamheden en wat is het verschil?
20 uur geleden Bijgewerkt
Als je gaat werken in de zorg geldt bij een aantal voorbehouden handelingen dat je bevoegd en bekwaam moet zijn om deze te mogen uitvoeren. Voorbeelden van voorbehouden handelingen zijn injecteren en katheteriseren.
Bevoegd
Je bent bevoegd voor een voorbehouden handeling als je daarvoor de vereiste diploma's of certificaten hebt behaald of bijscholing hebt gevolgd om de betreffende handeling uit te kunnen voeren. Je hebt dan aantoonbaar voldoende theoretische kennis om de handeling uit te voeren. Je weet wat de handeling inhoud, wat de risico's zijn en wat je moet doen bij eventuele incidenten.
Bekwaam
Als je bekwaam bent voor een bepaalde handeling betekent dit dat je de hiervoor vereiste papieren hebt én dat je de handeling beheerst. Het gaat dus om de juiste vaardigheden om de handeling correct uit te voeren.
Daarnaast is het belangrijk dat je de handeling regelmatig uitvoert en inzicht hebt in de effecten van de handeling. Daarbij is kennis van de anatomie en fysiologie van het menselijk lichaam een vereiste.
In het algemeen geldt: heb je langer dan 5 jaar een handeling niet meer verricht dan ben je niet meer bekwaam. Je zult je dan onder begeleiding van bijvoorbeeld een docent of collega eerst weer de handeling eigen moeten maken. Daarna ben je weer bekwaam.
Behalve de theoretische kennis moet je dus ook de praktische vaardigheden bezitten én behouden om de handeling uit te mogen voeren.
Verschillen tussen bevoegd en bekwaam
Als je bevoegd bent ben je dus nog niet ook bekwaam;
Bevoegd zijn voor een handeling is helder en concreet. Je hebt aantoonbaar de juiste papieren;
Bekwaam zijn is minder concreet. Dit betekent dat je voor jezelf moet bepalen of je de handeling wel of niet kan uitvoeren. Ook kan een docent of collega bepalen of jij bekwaam bent om de handeling uit te mogen voeren.
Blaasspoelen is een voorbehouden handeling
A
Juist
B
Niet juist

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Slide 17 - Link

This item has no instructions

De registratie:
• Verzorgenden IG: Diplomaregistratie: dat
betekent dat er wettelijk is vastgelegd wat je
competenties zijn als je dit diploma hebt.
• Verpleegkundigen hebben een eigen register in
de wet BIG. Om daarin te komen moet je een
diploma verpleegkundige hebben.

Slide 18 - Slide

https://www.venvn.nl/media/13sdoaw2/7-presentatie-sessie-big-ambassadeurscongres.pdf

Op welke manier kan je een medicijn toedienen?

Slide 19 - Mind map

This item has no instructions

Wie schrijft medicijnen voor?
A
Apotheker
B
Apothekersassistente
C
Arts
D
Verpleegkundige

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Een medicijn kan een ......
A
Genezende werking hebben
B
Verschijnselen verminderen
C
Preventieve werking hebben
D
Alle antwoorden zijn juist

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Wanneer teken je een medicijn af als je medicijnen deelt?
A
Als je het medicijn pakt
B
Als je het aan de ZV geeft
C
Als de ZV het heeft ingenomen
D
Dat maakt niet uit, als je maar aftekent

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Wat is medicijnen delen?
A
Voorbehouden handeling
B
Risicovolle handeling

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Wat zij (parenterale)medicijnen
A
pleisters en zalven
B
tableten en klysma's
C
inhalatie en tableten
D
infusen en vaginaal tablet

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Opdracht
Maak voor volgende les: 
VTH > 1. Voorschriften toepassen

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Slide

This item has no instructions