Je gesprek wordt beoordeeld aan de hand van de volgende beoordelingscriteria:
Slide 4 - Slide
Beoordeling examen gesprekken voeren
Inhoudskenmerken
Zitten alle inhoudelijke kenmerken die in de opdracht worden genoemd in het gesprek.
Lees de opdracht en bijbehorende informatie goed door, zodat je weet wat er allemaal in het gesprek moet terugkomen.
Slide 5 - Slide
Beoordeling examen gesprekken voeren
Beurten nemen en bijdragen aan de samenhang
Ruimte nemen en ruimte geven aan de ander. Inhaken op de onderwerpen. Op een passende manier reageren. Gebruik signaalwoorden en zorg dat je goed te volgen bent.
Slide 6 - Slide
Beoordeling examen gesprekken voeren
Doelgerichtheid/ afstemming op doel
Informeren, overtuigen, overhalen, amuseren.
Gericht antwoorden, maar ook gericht vragen stellen.
Slide 7 - Slide
Beoordeling examen gesprekken voeren
Afstemming op je gesprekspartner(s).
Houd rekening met je gesprekspartners, met wat zij weten, en reageer op juiste toon.
Kies de juiste variant: formeel of informeel.
Slide 8 - Slide
Beoordeling examen gesprekken voeren
Woordgebruik en woordenschat.
Heb je voldoende woorden tot je beschikking om je goed uit te drukken? Val niet in herhaling, zorg voor variatie in woordkeuze.
Praat je goed door, ben je goed verstaanbaar, en spreek je in goede Nederlandse zinnen.
Slide 10 - Slide
Nog een paar tips
Bereid je goed voor op het gesprek Gebruik het kwartier dat je hebt om alle informatie goed te lezen. Zorg dat je de inhoud kent zodat zo min mogelijk op je spiekbriefje hoeft te kijken.
Ga in op wat je gesprekspartners zeggen
Zo draag je bij aan de samenhang van het gesprek.
Als je dit op een belangstellende manier doet, is dat prettig voor je gesprekspartners, en goed voor je eigen beoordeling.
Slide 11 - Slide
Oefenen in Nu Nederlands
Links onderin vind je examentraining, kies voor examen gesprekken.
Maak opdracht 2 en 3 en voer daarna in groepjes van 4 het gesprek van het oefenexamen. Beoordeel elkaar en geef 1 tip en 1 top.