Welvaart (1e) H5. Brede welvaart

Week 42 (vanaf 14 oktober 2024)
Hoofdstuk 5. Brede welvaart
  • actualiteit (Europa's hoop voor de accumarkt bijna failliet, wat is er aan de hand?)
  • herhaling vorige les (arbeidsproductiviteit)
  • leerdoelen
  • instructie (brede welvaart)
  • maakwerk: opdracht 5.1 t/m 5.6
1 / 22
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Week 42 (vanaf 14 oktober 2024)
Hoofdstuk 5. Brede welvaart
  • actualiteit (Europa's hoop voor de accumarkt bijna failliet, wat is er aan de hand?)
  • herhaling vorige les (arbeidsproductiviteit)
  • leerdoelen
  • instructie (brede welvaart)
  • maakwerk: opdracht 5.1 t/m 5.6

Slide 1 - Slide

Vraag naar arbeid
De werkgelegenheid (vraag naar arbeid) wordt bepaald door:
  • de hoogte van de productie (BBP)
  • de hoogte van de arbeidsproductiviteit (hoeveel maak ik in een uur?)


Positief verband tussen BBP en werkgelegenheid: over het algemeen zijn er meer werknemers nodig als de productie (BBP) toeneemt.

Hoe kan het BBP sterker groeien dan de werkgelegenheid?
Als de arbeidsproductiviteit stijgt, komt een deel van de BBP stijging door werknemers die sneller werken en zijn dus geen extra werknemers nodig.
Werkgelegenheid=ArbeidproductiviteitBBP

Slide 2 - Slide

Loonmatiging
Loon neemt zelfden af, ook niet in slechte tijden, mensen worden ontslagen omdat ze te duur worden. Oplossing? Loonmatiging

Hoe kun je zorgen dat de loonkosten per product gaan dalen, terwijl het uurloon gelijk blijft?

De arbeidsproductiviteit moet sterker stijgen dan de loonkosten per werknemer (dan pas dalen de loonkosten per product).

Slide 3 - Slide

Leerdoelen H5. Brede welvaart
  • Ik kan de eerste 5 begrippen op pagina 72 omschrijven (zie ook LWEO).
  • Ik kan maatschappelijke brede welvaart beschrijven als de behoeftebevrediging die alle gezinnen samen ontlenen aan de consumptie van schaarse goederen en diensten
  • Ik kan uitleggen dat het BBP een beperkte maatstaf voor welvaart is.
  • Ik kan uitleggen dat bij brede maatschappelijke welvaart politieke waardeoordelen meespelen over de verdeling van de welvaartstoename.
  • Ik kan beschrijven hoe ongelijkheid, risico, overheidspaternalisme en het milieu de welvaartsbeleving beïnvloeden.
  • Ik kan uitleggen hoe het groene BBP het BBP corrigeert voor schade aan het milieu.
  • Ik kan het verschil beschrijven tussen welvaart en welzijn.









































Slide 4 - Slide

Brede welvaart
Brede welvaart verwijst naar de kwaliteit van leven, waarbij niet alleen materiële vooruit-gang (BBP) wordt meegenomen, maar ook:
  • welzijn
  • sociale vooruitgang
  • inkomensgelijkheid
  • vrije tijd
  • gezondheid
  • onderwijs
  • goede kwaliteit van de leefomgeving

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Monitor Brede welvaart
Filmpje van het CBS over de Monitor Brede Welvaart (MBW).





Kijkvragen:
  1. welke dimensies (3) onderscheid het CBS in de MBW?
  2. in welke thema's (14) zijn de 10-tallen indicatoren van de MBW onderverdeeld?

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Hier en nu
  • Subjectief welzijn
  • Materiële welvaart
  • Gezondheid
  • Arbeid en vrije tijd
  • Wonen
  • Samenleving
  • Veiligheid
  • Milieu
Later                                                   MBW
  • Economisch kapitaal
  • Natuurlijk kapitaal
  • Menselijk kapitaal
  • Sociaal kapitaal
Elders
  • Handel en hulp
  • Milieu en grondstoffen

Slide 9 - Slide

Oefening (Monitor Brede Welvaart)
WAT     analyseer 2 tot 3 thema's van de Monitor Brede Welvaart 2023 (MBW)
              voor de middellange termijn in Nederland
HOE     met je laptop in groepjes van 2 tot 3 leerlingen
               ieder groepje analyseert 2 tot 3 thema's
HULP   docent loopt rond
TIJD     10 minuten
UITKOMST ieder groepje presenteert de indicatoren van de thema's
KLAAR dan ga je nog een ander thema analyseren

Slide 10 - Slide

Brede maatschappelijke welvaart

Slide 11 - Slide

Brede maatschappelijke welvaart

Slide 12 - Slide

Welvaart en Welzijn

Slide 13 - Slide

BBP, Welvaart en Welzijn
Welzijn is een maatstaf voor
welvaart die rekening houdt
met materiële welvaart en
alle schaarse en
niet-schaarse goederen.

Slide 14 - Slide

Groen BBP
Brede welvaart probeert rekening te houden met alle schaarse middelen (bijvoorbeeld vrije tijd, milieu, veiligheid).

Groen BBP houdt alleen rekening met het milieu. Groen BBP is gelijk aan het BBP minus de waarde van schade aan het milieu (negatieve externe effecten) plus de waarde van verbetering aan het milieu.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

172. Welke bewering is goed of fout?
I. Huishoudelijk werk draagt alleen bij tot welvaart als dit betaald wordt in natura.
II. Niet-geregistreerde productie kan bijdragen tot de brede maatschappelijke welvaart.

A
beiden zijn goed
B
I is goed en II is fout
C
I is fout en II is goed
D
beiden zijn fout

Slide 17 - Quiz

174. Welke activiteiten behoren tot de informele sector?
A
Saida maakt haar kamer schoon.
B
Tyron fluit op zaterdag als vrijwilliger een hockeywedstrijd.
C
Mitchel werkt op zaterdag bij de kledingwinkel o.b.v. een arbeidscontract en verdient € 6 per uur.
D
Jelle zit op school, want hij is leerplichtig.

Slide 18 - Quiz

175. Het bruto binnenland product dat wordt gemeten door het CBS heeft als welvaartsmaatstaf een aantal beperkingen. Welke van de onderstaande oorzaken zorgt ervoor dat de welvaart hoger is dan het bruto binnenlands product?
A
Een deel van de inkomens wordt niet meegenomen in de berekening van het CBS omdat dit verdiend wordt in de informele sector.
B
Een deel van de productie leidt tot negatieve externe effecten.
C
Vrije tijd is een factor die niet meegenomen wordt in de berekening van het CBS.
D
De waarde die men hecht aan de kwaliteit van overheidsvoorzieningen is subjectief.

Slide 19 - Quiz

178. Wat is het verschil tussen de brede welvaart en de maatschappelijke brede welvaart?
A
Bij de maatschappelijke brede welvaart is de brede welvaart van alle huishoudens opgeteld.
B
Bij de maatschappelijke brede welvaart telt ook de behoeftebevrediging van bedrijven en de overheid mee.
C
Bij de maatschappelijke brede welvaart telt ook het welzijn van de huishoudens mee.
D
Bij de maatschappelijke brede welvaart wordt rekening gehouden met de monetaire schade aan het milieu.

Slide 20 - Quiz

180. Welvaart heeft een positief of een negatief verband met een aantal andere variabelen. Welke van onderstaande zaken beïnvloeden de welvaart negatief?
A
Ongelijkheid
B
Risico
C
Vrije tijd
D
Overheidspaternalisme

Slide 21 - Quiz

Maakwerk deze week
  • wat: opdracht 5.1 t/m 5.6 in je schrift
  • hoe: fluisterend overleg met buurman / buurvrouw mag
  • hulp: buurman / buurvrouw of steek je vinger op
  • tijd: tot 5 minuten voor einde les
  • uitkomst: zo ver mogelijk
  • klaar: ga verder met opdracht 5.7 t/m 5.13

Slide 22 - Slide