massamedia introductie

Vrijheid van drukpers
Wat betekent dit
grondrecht?
1 / 14
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4,5

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Vrijheid van drukpers
Wat betekent dit
grondrecht?

Slide 1 - Slide

Over welke vrijheid gaat de 'vrijheid van drukpers'?

Slide 2 - Open question

Artikel 7.1 van de Nederlandse grondwet :
'Niemand heeft voorafgaand verlof nodig om door de drukpers gedachten of gevoelens te openbaren, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet'.

Slide 3 - Slide

Dit mag wel
Dit mag niet
Details over nieuwe relatie van rapper Bizzey
Aanzetten tot
geweld tegen politie
Beschuldiging van   machtsmisbruik minister zonder bewijs
verspreiden kinderporno
Tekst openbaren geheime stukken over toeslagenaffaire
Systematische negatief framen Joodse burgers

Slide 4 - Drag question

Media!


Link: vrijheid media wereldwijd

Slide 5 - Slide

Welke indeling kan je maken wat betreft verschillende typen media?
A
Gedrukte, Audio-visuele en online media
B
Betrouwbaar en onbetrouwbaar
C
liberale, progressieve en conservatieve media
D
snapchat, twitter en TikTok

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Publiek omroep (NPO)


  • Eigen profiel (verzuiling)
  • Doelgroepen
  • Publiek geld / STER
  • Mediawet
  • 35% informatie, 25% cultuur en 25% amusement


Commerciële omroep


  • Marktgericht (€)
  • Inkomsten uit reclame
  • Minder eisen overheid
  • Wel: bv. max 20% reclame

Duaal omroepbestel

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Nieuwe media
  • Interactiviteit.
  • Meer druk om nieuws snel te publiceren: ‘scoop’.
  • Vaak minder tijd voor degelijk bronnen-onderzoek, toepassen van hoor/wederhoor etc.
  • Onduidelijker wie de bron is / of bron betrouwbaar is.
  • Steeds vaker nepnieuws --> bepaalde belangen/ideeën promoten

Slide 11 - Slide

Selectiecriteria nieuws:
  • Is het nieuwsfeit actueel?
  • Hoe uitzonderlijk is het bericht?
  • Interessant voor grote groepen mensen?
  • Hoe ingrijpend zijn de gevolgen van de gebeurtenis?
  • Belangrijke of beroemde personen?
  • Voegt het iets toe aan het totaaloverzicht in een bepaalde kwestie?
  • Is er beeldmateriaal bij?
  • Minder dan 1% van oorspronkelijke aanbod komt in de krant terecht!

Slide 12 - Slide

Betrouwbaarheid
  • Kwaliteit van berichtgeving hangt nauw samen met objectiviteit
  • Volledige objectiviteit bestaat niet: iedereen schrijft vanuit eigen referentiekader
  • Komt tot uiting via verborgen boodschappen, relativerende beelden, nieuwsselectie, etc.
  • Vrijheidsstrijder of terrorist (Mandela? IS?)

Slide 13 - Slide

Betrouwbaarheid en objectiviteit vergroten:
  •    scheiding feit en mening
  •    hoor en wederhoor
  •    verscheidenheid nieuwsbronnen
  •    vermelden van bronnen
  •    kennis van zaken
  •    gebruik van actuele bronnen / cijfers

Slide 14 - Slide