This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
15,0 kg =
A
0,150g
B
15,0⋅103mg
C
15,0⋅103g
D
0,150ton
Slide 3 - Quiz
20 mL = ......
A
20g
B
20⋅103L
C
20⋅10−3m3
D
0,020L
Slide 4 - Quiz
massa = 25 g, dichtheid = 3,2 g/L V = .....
A
80 L
B
7,8 L
C
0,128 L
D
25 L
Slide 5 - Quiz
Slide 6 - Slide
Messing bevat 35 massa% zink, de rest is koper. Hoeveel kg messing kan je maken met 100 kg koper?
Slide 7 - Open question
Slide 8 - Slide
Bert lost 25 g suiker op in water tot 300 mL oplossing. Wat is de concentratie van de oplossing?
A
25 g/L
B
0,0833 g/L
C
83,3 g/L
D
12 L/g
Slide 9 - Quiz
De oplosbaarheid van keukenzout is (bij 20 graden celsius) 359 g/L. Ernie voegt 25 gram keukenzout toe aan 60 mL water en gaat roeren. Er ontstaat zo 61 mL oplossing. Bereken of de oplossing verzadigd of onverzadigd is.