Sprechfertigkeit Beschwerdegespräch

• Duits
• MBO
• Studiejaar 1-4

Was wir machen/lernen werden:

Kort voorstellen

Leerdoel

Kurzes Video mit 2 Fragen
Wortschatz

Sprechen

Neue Wortschatz

Hallo! Ich bin Jagoda, ich bin 23 Jahre alt und wohne in Horst. In meiner Freizeit verbringe ich gerne Zeit mit Familie und Freunden. Ich reise auch gerne.

Hallo!

Mein Name ist Lieneke, ich bin 20 Jahre alt und ich wohne in Nimwegen.

Ich klettere/bouldere gerne, das mache ich bei Grip.

In den Sommerferien war ich den letzten 3 Jahren als Animatörin beschäftigt. 

Leerdoel

Jullie leren:

- Een hotelgast op gepaste wijze begroeten.

- Een hotelgast vragen of hij/zij iets voor de gast kan betekenen.

- Een oplossing voor simpele klacht van een hotelgast formuleren.

- Zijn/haar excuses aan een hotelgast aanbieden.

- Een hotel gast vragen wat hij/zij verder voor de gast kan betekenen.

- Gepast afscheid nemen van een hotelgast.

 Video mit zwei Fragen

Sieh dir das Video an und beantworte nachher zwei Fragen. 

Deze mevrouw had 2 klachten. Over welke 2 voorwerpen gingen deze klachten?

Welke oplossing wordt er geboden voor de niet functionerende airconditioning?

1. Mevrouw krijgt een gratis overnachting.
2. Mevrouw krijgt korting op haar verblijf.
3. Mevrouw wordt geen hulp aangeboden.
4. Mevrouw kan een ingenieur langs krijgen.

Wortschatz

Verbind het Nederlandse woord met het juiste Duitse woord.

der Schlüssel

die Beschwerde

leider

schiecken

die Klimaanlage

versuchen

funktionieren

gerne

die Übernachtung

anbieten

de sleutel

de klacht

helaas

sturen

werken

de airconditioning

proberen

graag

de overnachting

aanbieden

Sprechen

Ihr werdet zu zweit arbeiten.

Es gibt zwei Situationen; das eine Mal bist du Kunde und das andere Mal bist du Rezeptionsmitarbeiter in einem Hotel.

Online Gesprächen inleveren.

Neem per tweetal twee Teamgesprekken op, camera aan, en lever deze in, uiterlijk .... 

Mailen naar: [e-mail]

Gast/Gästin:

Je bent een gast in een hotel. Je komt bij de receptie om een klacht te melden, want jij hebt maar 1 sleutel voor het hele gezin. Wanneer de kinderen gaan spelen nemen zij een sleutel mee,  maar dan kan jij niet meer uit de kamer. Je wil een extra sleutel.

Je vertelt wat het probleem is en vraagt of het opgelost kan worden. Je bedankt voor de hulp en neemt afscheid. 

Rezeptionsmitarbeiter(in):

Je bent een receptiemedewerker en het eerste aanspreekpunt voor de gasten. Er komt een gast naar jou toe met een probleem. Je vraagt naar zijn probleem en je vertelt dat je het vervelend vindt en biedt excuses aan. Je probeert een oplossing te vinden, maar binnen het hotel is de afspraak om maar 1 sleutel per kamer mee te geven. Je kan de klant dus geen extra sleutel geven. Vervolgens vraag je of de gast nog andere wensen heeft en daarna sluit je het gesprek af.

Gast/Gästin:

Je bent een gast in een hotel. Je komt bij de receptie om een klacht te melden, want de airconditioning is gisteren kapot gegaan en daardoor is het veel te warm in de kamer. Het ergste: al jouw chocolade smelt!!

Je vertelt wat het probleem is en vraagt of het opgelost kan worden. Je bedankt voor de hulp en neemt afscheid. 

Rezeptionsmitarbeiter(in):

Je bent een receptiemedewerker en het eerste aanspreekpunt voor de gasten. Er komt een gast naar jou toe met een probleem. Je vraagt naar zijn probleem en je vertelt dat je het vervelend vindt en biedt excuses aan. Je probeert een oplossing te vinden. Vervolgens vraag je of de gast nog andere wensen heeft en daarna sluit je het gesprek af.

Neue Wortschatz
(mindestens 10 Wörter)

Rückblick

Was habt ihr gelernt?

Lernziele?

Tipps und tops?