Words Unit 4 - Lesson 2 (havo2)

Warm-up
What kind of words do you expect to learn in this lesson?
Write it down on the next slide!
1 / 23
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Warm-up
What kind of words do you expect to learn in this lesson?
Write it down on the next slide!

Slide 1 - Slide

What kind of words do you expect to learn?

Slide 2 - Open question

Slide 3 - Slide

diversity
Listen to the explanation!
diversity

Slide 4 - Slide

arrangement
Komt van to arrange af - afspreken.
Dat woord heb je al eens gehad dus probeer daar naar terug te koppelen!

Slide 5 - Slide

is home to
is kan ook veranderen naar een andere vorm van to be!
Let daar dus op bij je toets en leer eventueel liever be home to dan is home to.

Slide 6 - Slide

rare
Listen to the explanation!
rare

Slide 7 - Slide

qualifications
Misschien ken je het woord uit de sport: kwalificaties of to qualify for (je ergens voor plaatsen). 
Hier betekent het diploma's of de juiste papieren

Slide 8 - Slide

command
Let op want command bekent NIET commanderen al lijkt het daar wel erg op! 
Het is hier een zelfstandig naamwoord en betekent beheersing

Slide 9 - Slide

cover
Cover kan ook meerdere betekenissen hebben zoals de voorkant van een boek of een bedsprei.
Hier betekent het bedekken let dus weer op de context!

Slide 10 - Slide

curious
Let hier op de spelling!
De laatste letters volgen hun volgorde in het alfabet ;)

Slide 11 - Slide

earn money
Is dus het tegenovergestelde van spend money (geld spenderen / uitgeven!)

Slide 12 - Slide

patience
Je kent misschien al (be) patient - ben geduldig. Daar is dit woord ook van afgeleid:
geduld

Slide 13 - Slide

On the next slide
Write down all the words that would go with "holiday" from lesson 2, unit 4

Slide 14 - Slide

holiday

Slide 15 - Mind map

Write down the word you hear:

Slide 16 - Open question

Write down the word you hear:

Slide 17 - Open question

Write down the word you hear:

Slide 18 - Open question

What word(s) from lesson 2 fits this picture?

Slide 19 - Open question

Which word(s) from lesson 2 fits the sentence:
There are ___ few adults here!

Slide 20 - Open question

Which word(s) from lesson 2 fits the sentence:
Only you can ___ what you want to do after high school!

Slide 21 - Open question

Welke woorden blijven nu beter hangen?

Slide 22 - Open question

Welke woorden verdienen nog wat extra aandacht?

Slide 23 - Open question