3 vmbo-b Thema 5.1 Ecologie: Fotosynthese en verbranding deel 2

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

Thema 5 Ecologie

5.1 Fotosynthese en verbranding 

wat gaan we vandaag doen?

5.1 deel 1 (fotosynthese)

leerdoelen vandaag

nieuwe theorie: 5.1 deel 2 (verbranding)

herhalen leerdoelen

Fotosynthese kan plaatsvinden in...

1. Planten
2. Dieren
3. Bacteriën
4. Schimmels

We hebben het hier over fotosynthese. Wat heeft een plant nog meer nodig voor fotosynthese behalve CO2?

1. zuurstof en water
2. water en zonlicht
3. zonlicht en zuurstof

Fotosynthese vindt plaats in...

1. het cytoplasma
2. de bladgroenkorrels
3. de vacuole
4. de celwand

Bij fotosynthese ontstaat er ....

1. Water + zuurstof
2. Water + koolstofdioxide
3. koolstofdioxide + zuurstof
4. Zuurstof + glucose

welke stoffen worden er gebruikt tijdens fotosynthese?

1. Koolstofdioxide en water
2. zuurstof
3. Koolstofmonoxide en water
4. glucose

Wat is de juiste vergelijking van fotosynthese? Goed lezen

1. Water + zuurstof + energie -> glucose en Koolstofdioxide
2. Water + koolstofdioxide + energie -> glucose + zuurstof
3. Glucose + zuurstof -> water + koolstofdioxide + energie

Wat zijn de energierijke stoffen?

1. eiwitten, mineralen, vetten
2. water en zuurstof
3. eiwitten, koolhydraten en vetten
4. vitaminen en eiwitten

leerdoelen vandaag

Aan het einde van de les:

- kan je beschrijven dat bij verbranding van energierijke stoffen energie vrijkomt

5.1 Fotosynthese en verbranding

In de cellen van alle levende organismen vindt steeds verbranding plaats. Daarbij komt energie vrij.

Een organisme heeft deze energie nodig om te kunnen leven. Er is bijvoorbeeld energie nodig om te bewegen en voor de celdeling.

5.1 Fotosynthese en verbranding

Bij verbranding reageert brandstof met zuurstof.

Een brandstof is een energierijke stof. Glucose is een brandstof.

Een plant legt door fotosynthese energie uit (zon)licht vast in glucose. Als glucose wordt verbrand, komt deze energie weer vrij.

Bij verbranding ontstaat ook koolstofdioxide en water.

Dit zijn energiearme stoffen.

5.1 Fotosynthese en verbranding

De brandstof in cellen is altijd en energierijke stof. De verbrandingsproducten zijn altijd energiearme stoffen. Deze stoffen bevatten vrijwel geen energie meer.

De meest gebruikte brandstof in cellen is glucose. Een plant maakt uit glucose zelf andere energierijke stoffen. Andere organismen kunnen deze stoffen ook gebruiken als brandstof.

5.1 Fotosynthese en verbranding

Bij verbranding en fotosynthese worden stoffen omgezet in andere stoffen.

Het geheel van deze reacties noem je stofwisseling.

Samengevat:

Fotosynthese=

Koolstofdioxide + water + licht -> Glucose + zuurstof

Verbranding=

Glucose + zuurstof -> koolstofdioxide + water + ENERGIE

VRAGEN??

zelf aan de slag

5.1 Fotosynthese en verbranding: lees de tekst en maak de opdrachten:

opdracht 1 t/m +6 maken

(vanaf blz. 94)

daarna  test jezelf (5.1)

herhalen leerdoelen

Aan het einde van de les:

- kan je beschrijven dat bij verbranding van energierijke stoffen energie vrijkomt