Iedereen is anders

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo lwoo, b
• Leerjaar 1,2

Iedereen is anders

Lesprogramma 

• Lesdoel
• Openingsvraag 
• Begrippen doornemen
• stellingen
• fragment bekijken
•  Afsluiting les

Lesdoelen

 1. Aan het einde van de les weet je dat cultuur onderdeel is van je indentiteit.

2. Aan het einde van de les heb je kennis gemaakt met verschillende culturen.

Waar denk jij aan bij:
''Iedereen is anders''

Begrippen

• Identiteit: Wie je bent, hoe je denkt en wat je belangrijk vindt.
  
• Uniek: Speciaal of enig in zijn soort.
  
• Cultuur: Een groep mensen met dezelfde waarden, normen en gewoonten
  

Stellingen

Eens: staan 

Abnormaal?

Blijf dan zitten

Normaal?

Ga dan staan

• Eten met de handen.
  
• Iemand in de ogen aankijken als diegene tegen je praat.
  


• Van te voren aangeven dat je bij iemand op bezoek komt.

Welke verschillen
zie je om je heen?

Sprong naar het verleden

Het verhaal over de bijzondere vriendschap tussen twee mensen die veel van elkaar verschilden:

De Engelse konining Victoria en de Indiase bediende Abdul.

Noem de verschillen in cultuur tussen de personen Victoria en Abdul.

Victoria en Abdul

Bij de vorige dia hebben jullie verschillende kenmerken genoemd van de twee personen uit het filmpje.

Beide personen hebben verschillende kenmerken. Deze kenmerken zijn onderdeel van hun cultuur en vormen hun identiteit. Ondanks hun verschillen zijn ze toch bevriend.

Wat gaan we doen? 

• Groepen van vier maken (5 minuten)
•  Een land uit de pot trekken (2 minuten)
•  poster maken voor cultuuronderzoek (50 minuten)
•  Presenteren van de poster (volgende les)

 

- 

De poster moet informatie bevatten over verschillende kenmerken van de cultuur, zoals:

• eten/eetgewoonten
  
• kleding
  
• religie
  
• taal
  
• muziek 
• feest en tradities           

 

Poster

Iedereen is anders!

We hebben vandaag geleerd over cultuur en indentiteit. Iedereen heeft een unieke combinatie van eigenschappen.

Onze verschillen hoeven vriendschap niet in de weg te zitten. Kijk maar naar koningin Victoria en Abdul. 

Wat moet je doen?

Hoe moet je dat aanpakken?

Hulp, bij wie en waar?

Tijd, hoeveel krijg je?

Uitkomst, wat doen we ermee?

Klaar, wat ga je doen?