Herhaling paragraaf 2 - Cultuur en identiteit

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

“Het nieuwe kabinet wil het vaderschapsverlof verruimen van twee dagen naar vijf weken.”
Dit is een voorbeeld van een FEMINIENE / MASCULIENE cultuur, want …

Het individualisme binnen de dominante Nederlandse cultuur kan een lastige drempel zijn voor de integratie van islamitische migranten uit landen als Turkije en Marokko.
Leg uit dat er juist op het punt van het individualisme soms een groot verschil is tussen de cultuur van het land van herkomst van Turken en Marokkanen en de Nederlandse cultuur.

Cultuurkenmerken worden vooral overgedragen door imitatie, informatie en sociale controle. Bij welke groep speelt cultuuroverdracht door imitatie een grote rol? Leg je antwoord uit.

Het gezin, de vriendenkring, de media en de school zijn voorbeelden van socialiserende instituties. Geef de definitie van socialiserende instituties.

Leg in je eigen woorden uit waar het nature-nurturedebat over gaat

De beste omschrijving van socialisatie is dat mensen...

1. waarden en normen krijgen overgedragen
2. subculturen leren kennen
3. sancties leren waarderen
4. geleidelijk wennen aan informele sociale controle

I. Cultuuroverdracht gebeurt via de socialiserende instituties.
II. Als de socialisatie geslaagd is, eindigt de sociale controle

1. I is juist, II is onjuist
2. I is onjuist, II is juist
3. I en II zijn beide juist
4. I en II zijn beide onjuist

Op welke van de onderstaande socialiserende instituties heeft de overheid de meeste invloed?

1. Voetbalclubs
2. De media
3. Het gezin
4. De school

Wat is een voorbeeld van formele sociale controle?

1. Een kind mag van zijn ouders geen tv kijken
2. Een jongen krijgt huisarrest omdat hij te laat thuis is gekomen
3. Een voetballer krijgt na een overtreding een gele kaart
4. Een meisje moet van haar ouders zelf haar telefoonabonnement betalen

Bij internalisatie:....

1. is er sprake van onvolledige socialisatie
2. leren mensen door sociale controle cultuurkenmerken aan
3. staat de persoonlijke identiteit centraal
4. gedragen mensen zich zoals de omgeving van hen verwacht.