This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 180 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Lalonde 'opdiepen' uit je geheugen
Slide 8 - Slide
In het model van LaLonde wordt gekeken naar de gezondheidsdeterminanten die van invloed zijn op gezondheid op groepsniveau
juist
onjuist
Slide 9 - Poll
Het model van LaLonde bevat 3 gezondheidsdeterminanten
juist
onjuist
Slide 10 - Poll
Leefstijl is een voorbeeld van een gezondheidsdeterminant
Juist
Onjuist
Slide 11 - Poll
In Nederland kunnen mensen met overgewicht en obesitas worden verwezen door de huisarts naar 'Coaching op Leefstijl' (COOL). Dit valt onder de gezondheidsdeterminant:
A
Biologische factoren
B
Omgeving
C
Zorgvoorzieningen
D
Leefstijl
Slide 12 - Quiz
Locaties van coffeeshops in een gemeente is een voorbeeld van de volgende gezondheidsdeterminant:
A
Biologische factoren
B
Leefstijl
C
Zorgvoorzieningen
D
Omgeving
Slide 13 - Quiz
Bewegingsgedrag is een voorbeeld van de gezondheidsdeterminant:
A
Omgeving
B
Biologische factoren
C
Leefstijl
D
Zorgvoorzieningen
Slide 14 - Quiz
In Londen mogen in een straal van 400 meter van een school geen nieuwe snackbars meer worden geopend. De burgemeester probeert hiermee de volgende determinant te beïnvloeden:
A
Leefstijl
B
Omgeving
C
biologische factoren
D
Zorgvoorzieningen
Slide 15 - Quiz
Bij 'Biologische factoren' kijken we zowel naar genetische factoren als verworven eigenschappen.
juist
onjuist
Slide 16 - Poll
Slide 17 - Slide
Wat is de link tussen Windshield Survey (stap 2) / wijkdiagnose (stap 6) en Lalonde?
Slide 18 - Open question
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Slide
Per team: Wat is de stand van zaken?
Slide 28 - Open question
Slide 29 - Slide
Slide 30 - Slide
Ik weet wat mij te doen staat de aankomende week
Slide 31 - Poll
1) Wat heeft deze bijeenkomst je opgebracht? Wat neem je zeker mee? 2)Wat heb je gemist?