A2b week 8-12 les 2

Bonjour! Les buts d'aujourd'hui:
  1. Est-ce que vous connaissez le vocabulaire 1? 
  2. Savoir parler de ses sports et ses loisirs (kunnen praten over sport en hobby's) 
  3. Comprendre comment les phrases fonctionnent (snappen hoe de zinnen in elkaar zitten) 

1 / 11
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Bonjour! Les buts d'aujourd'hui:
  1. Est-ce que vous connaissez le vocabulaire 1? 
  2. Savoir parler de ses sports et ses loisirs (kunnen praten over sport en hobby's) 
  3. Comprendre comment les phrases fonctionnent (snappen hoe de zinnen in elkaar zitten) 

Slide 1 - Slide

Hoe zeg je: leiden
A
souffrir
B
mener
C
marquer
D
siffler

Slide 2 - Quiz

Hoe zeg je: de winnaar
A
le filet
B
le tir
C
le vainqueur
D
le fort

Slide 3 - Quiz

Hoe zeg je: een vrije schop

Slide 4 - Open question

Hoe zeg je: steunen

Slide 5 - Open question

Disclaimer 
Veel van de woordjes en zinnetjes die ik je vandaag leer zijn bedoeld om te kunnen gebruiken bij tussentijdse toets 2. Het is dus wel handig om het één en ander uit je hoofd te kunnen zeggen. 
Toch zijn ze niet bedoeld om allemaal uit je hoofd te leren. De leerstof voor de toets in toetsweek twee staat bovenaan de planner. 

Slide 6 - Slide

Poser des questions...
... à propos des sports et loisirs. 

  • Tu fais quel sport? / Vous faites quel sport? 
  • Quelles sont tes passions? Quelles sont vos passions? 


Slide 7 - Slide

Je fais du tennis 
Tu fais du foot? 
Il fait du basket
Elle fait de la plongée 
Elle plonge 
Nous faisons du hockey 
Vous faites de la natation? 
Vous nagez?  
Ils font de l'équitation of
Ils font du cheval 

Slide 8 - Slide

Weet je nog?
Het delend lidwoord! 






Het delend lidwoord gebruik je als er in het Nederlands geen lidwoord staat en bij hobby's en sporten in combinatie met faire (zie vorige slide!) 
Bepaald lidwoord
Delend lidwoord
le tennis
het tennis
du tennis
tennis
la danse
de dans / het dansen
de la danse
dans / dansen
les jeux vidéo
de games
des jeux vidéo 
games

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Link

Maak de zin af met zoveel mogelijk sporten die je deze les geleerd hebt:
Je fais...

Slide 11 - Mind map