1.3 De tijd van televisie en computer

De industriële samenleving in Nederland
De tijd van televisie en computer                     1950 - heden
1 / 13
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

De industriële samenleving in Nederland
De tijd van televisie en computer                     1950 - heden

Slide 1 - Slide

Aantekeningen
Zie je dit potloodje? Dan neem je de dikgedrukte en onderstreepte zin over in je schrift.


Te weinig tijd? De les wordt met je gedeeld, kan je tijdens zelfstandig werken verder met overnemen.

Slide 2 - Slide

Neem deze vragen over in je schrift (par 1.1 en 1.2)

  • Je legt uit waarom Nederland aan het begin van de 20e eeuw belangrijk was voor de wereldeconomie.

  • Je benoemt kenmerken van de periode van groei in welvaart in de jaren 1919-1929.

  • Je benoemt de oorzaken en gevolgen van de economische wereldcrisis voor de Nederlandse samenleving.

Slide 3 - Slide

Deze week                      1.3 
Aan het einde van de les: 
  • Kan je voorbeelden geven hoe de Nederlandse economie zich ontwikkelde na de Tweede Wereldoorlog.
  • Kan je uitleggen waardoor de wederopbouw zo snel ging en benoemt gevolgen van de groei in welvaart.
  • Kan je de gevolgen uitleggen van de automatisering en globalisering voor de (1) economie en (2) samenleving.

Slide 4 - Slide

Wederopbouw en samenwerking


Er was in Nederland veel oorlogsschade na de tweede wereldoorlog. Nederland moest weer opgebouwd worden.

  • Marshallplan VS
  • EGKS: Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (vanaf 1952)
  • EEG: Europese Economische Gemeenschap (vanaf 1958). 

Slide 5 - Slide

Na de wederopbouw groeide de industriesector onder andere door de productie van televisietoestellen en personenauto’s

Slide 6 - Slide

Een welvarende 
samenleving

Werkgevers, vakbonden en regering spraken af om lonen en prijzen laag te houden.


  • Industrie goedkoop werken                       Concurreren met het buitenland.  
  • Vanaf 1963 mochten de lonen stijgen 
  • Gevolg: een tijd van ongekende welvaart aan.                  koelkast, televisie of auto.


Slide 7 - Slide

Een welvarende 
samenleving

De werkgelegenheid was zo groot dat vanaf 1950 dat er niet genoeg Nederlanders waren om al het werk te doen. Een deel van dat werk werd gedaan door gastarbeiders: buitenlandse werknemers.


  • Turkije
  • Marokko 

Gevolg op de lange termijn                 Multiculturele samenleving. 

Slide 8 - Slide

Automatisering en globalisering

In de jaren 1970 sloten veel industriebedrijven hun fabrieken of verplaatsten hun productie naar landen waar de productiekosten lager waren.

  • Nederlandse bedrijven automatiseren.                  Eind jaren 1970 grote werkloosheid.
  • Minder fabrieksbanen, meer banen in de dienstensector


automatisering: vervanging van mensenwerk door uit zichzelf werkende machines.
postindustriële samenleving: maatschappij waarin de dienstensector de grootste economische sector is



Slide 9 - Slide

Robots en computers in een autofabriek (Born, omstreeks 2000

Slide 10 - Slide

Automatisering en globalisering

Nederland profiteerde van de globalisering en door de oprichting van de EU in 1993 konden Nederlandse bedrijven makkelijker handelen binnen de EU.


  • Eind van de jaren 1990               informatiemaatschappij, waarin mensen veel ICT gebruiken in hun werk en vrije tijd.
globalisering: groeiende economische, politieke en culturele verbondenheid op de wereld.
EU: Europese Unie (vanaf 1993). 
informatiemaatschappij: samenleving waarin informatie- en communicatietechnologie (ICT) erg belangrijk zijn




Slide 11 - Slide

Criteria van deze week

  • Je beschrijft met voorbeelden hoe de Nederlandse economie zich ontwikkelde na de Tweede Wereldoorlog.

  • Je legt uit waardoor de wederopbouw zo snel ging en benoemt gevolgen van de groei in welvaart.

  • Je legt de gevolgen uit van de automatisering en globalisering voor de economie en samenleving.

Slide 12 - Slide

Opdrachten van de week
Maak de opdrachten bij:
  • 1.3 de tijd van televisie en computers. 
  • Daarna beantwoord de criteria in je schrift


Slide 13 - Slide