23/04/2020 L'adverbe + expression orale

23/04
- Les adverbes: intro + exercices
- Expression orale: conversation de vente
1 / 15
next
Slide 1: Slide
fransMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 5

This lesson contains 15 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

23/04
- Les adverbes: intro + exercices
- Expression orale: conversation de vente

Slide 1 - Slide

Il travaille 
> Il travaille lentement.

C'est une voiture rapide 
> C'est une voiture extrêmement rapide.

Il travaille calmement 
> Il travaille énormément calmement.

Slide 2 - Slide

Quand est-ce qu'on emploie un adverbe?

Slide 3 - Open question

Formation de l'adverbe: exemples > règle?
spécialement
doucement
heureusement
légèrement
personnellement
rapidement

Slide 4 - Slide

Règles

Formation:

féminin de l'adjectif + -ment
invariable



Slide 5 - Slide

Formes spéciales (sans -ment)

Slide 6 - Slide

Hij komt vandaag.

Slide 7 - Slide

Hij gaat eerst naar school.

Slide 8 - Slide

Hij loopt soms snel.

Slide 9 - Slide

Hij slaapt goed.

Slide 10 - Slide

Hij slaapt overal goed.

Slide 11 - Slide

Hij begrijpt het slecht.

Slide 12 - Slide

Hij begrijpt het altijd slecht.

Slide 13 - Slide

Exercices
p. 189-191
ex. 1-5

Slide 14 - Slide

Expression orale: conversation de vente

Slide 15 - Slide