Literaire genres

Literaire genres
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsSecundair onderwijs

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Literaire genres

Slide 1 - Slide

Welke genres ken je al? 

Slide 2 - Slide

adolescentenroman
avonturenroman
detective
fantasy
horror
historische roman
sciencefiction
misdaadroman
thriller
Het hoofdpersonage is een puber of jongvolwassene.
Het verhaal focust op een misdaad.
Het hoofdpersonage leeft in de toekomst, in een wereld met verzonnen
wetenschappelijke ontdekkingen.
Het hoofdpersonage gaat op avontuur naar een onbekende plaats.
Het hoofdpersonage maakt iets spannends mee.
De gebeurtenissen zijn griezelig en bovennatuurlijk.
De gebeurtenissen spelen zich af in een volledig verzonnen wereld vol
mythologische en bovennatuurlijke wezens.
Het hoofdpersonage lost een misdaad op.
De gebeurtenissen spelen zich af tijdens een belangrijke periode in de geschiedenis.

Slide 3 - Drag question

thriller
komedie
avontuur
detective
science-fiction
drama
fantasy
historisch

Slide 4 - Drag question

Slide 5 - Video

Tot welk genre behoort 'Deadpool & Wolverine'?
A
Thriller
B
Fantasy
C
Sciencefiction
D
Actie

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Video

Tot welk genre behoort
'It ends with us'?
A
Thriller
B
Romantische komedie
C
Drama
D
Musical

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Video

Tot welk genre behoort
'Interstellar 2'?
A
Sciencefiction
B
Fantasy
C
Historische roman
D
Thriller

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Video

Tot welk genre behoort
'Fantastic beasts and where to find them?'
A
Sciencefiction
B
Fantasy
C
Actie
D
Avonturenroman

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Video

Tot welk genre behoort de film
'Murder on the Orient Express?'
A
Thriller
B
Actie
C
Detective
D
Misdaadroman

Slide 14 - Quiz

psychologische roman
historische roman
horror
fantasy

sciencefiction

avonturenverhaal

Detective

Star Wars- Levensschuld
De drakentroon
20 000 mijlen onder zee
De tatoeëerder van Auschwitz
Halloween
Wie is de moordenaar?
Er is geen vorm waarin ik pas

Slide 15 - Drag question