This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Voorrang in het verkeer
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
Leerdoel
Aan het einde van deze les kun je de regels van voorrang in het verkeer begrijpen en toepassen
Slide 2 - Slide
Introduceer het leerdoel van de les en leg uit wat er van de studenten wordt verwacht.
Wat weet je al over voorrang in het verkeer?
Slide 3 - Mind map
This item has no instructions
Suzette en de fietsers gaan rechtdoor. Wat is het veiligste advies aan Suzette?
A
Rijd snel door, dan kun je nog snel voor de fietsers gaan
B
Rijd door en zeg dat de fietsers moeten stoppen
C
Rem af, de fietsers zijn afgeleid. Misschien zien ze je niet en krijg je geen voorrang.
Slide 4 - Quiz
This item has no instructions
Wat is voorrang?
Voorrang betekent dat je het recht hebt om als eerste te gaan, ook als er anderen zijn die ook willen gaan.
Slide 5 - Slide
Geef een definitie van voorrang en leg uit waarom het belangrijk is om deze regels te begrijpen.
Verkeersborden
Er zijn verschillende verkeersborden die aangeven wie voorrang heeft. Bijvoorbeeld het bord 'stopbord' en 'haaientanden'.
Slide 6 - Slide
Laat afbeeldingen zien van de verschillende verkeersborden en leg uit wat ze betekenen.
Rechts heeft voorrang
Als er geen verkeersborden zijn, heeft de bestuurder aan de rechterkant voorrang.
Slide 7 - Slide
Leg deze belangrijke regel van voorrang uit en geef voorbeelden.
Uitzonderingen
Er zijn enkele uitzonderingen op de regel 'rechts heeft voorrang', bijvoorbeeld bij rotondes en kruispunten met verkeerslichten.
Slide 8 - Slide
Leg deze uitzonderingen uit en laat afbeeldingen zien van situaties waarbij de regels anders zijn.
Voorrang verlenen
Als je voorrang moet verlenen aan anderen, moet je stoppen en wachten totdat zij zijn gepasseerd.
Slide 9 - Slide
Leg uit hoe je voorrang verleent en wat je moet doen als je zelf voorrang krijgt.
Oefenen met voorrang
Laten we oefenen met wat je hebt geleerd. Bekijk de afbeelding en bepaal wie voorrang heeft.
Slide 10 - Slide
Laat een afbeelding zien van een verkeerssituatie en laat studenten bepalen wie voorrang heeft en waarom.
Vragen
Zijn er nog vragen over voorrang in het verkeer?
Slide 11 - Slide
Geef studenten de mogelijkheid om vragen te stellen en beantwoord deze zo goed mogelijk.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 12 - Open question
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 13 - Open question
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 14 - Open question
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.