What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Quiz tijdvak 5 en 6
Herhaling tijdvak 5 en 6
1 / 21
next
Slide 1:
Slide
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
This lesson contains
21 slides
, with
interactive quizzes
and
text slide
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Herhaling tijdvak 5 en 6
Slide 1 - Slide
Renaissance betekent
A
nieuwe interesse voor de oudheid
B
nieuwe interesse voor andere werelddelen
C
nieuwe interesse voor het geloof
D
nieuwe interesse voor de kunst
Slide 2 - Quiz
Humanisme betekent
A
Leven waarin god centraal staat
B
Leven waarbij de mens centraal staat
C
Godsdienst waarbij de natuur belangrijkst is
D
Een ander woord voor reformatie
Slide 3 - Quiz
Waardoor verspreidde de reformatie snel over Europa?
A
bodes
B
nieuwe wegen
C
ontdekkingsreizigers
D
boekdrukkunst
Slide 4 - Quiz
Tijdvak 6 is de periode .....
A
1600-1700
B
1500-1600
C
1650-1750
D
1700-1800
Slide 5 - Quiz
De VOC werd op initiatief van de Staten-Generaal opgericht, omdat...
A
Andere landen ook handelscompagnieën oprichtten
B
De winsten in de Republiek daalde doordat de concurrentie onder de vele handelscompagnieën moordend was
C
De scheepsbouw te stimuleren. Meer schepen leverde meer geld op.
D
De Staten-Generaal graag landen wilden veroveren
Slide 6 - Quiz
De WIC was eigenlijk ook onderdeel van de strijd tegen Spanje in de Nederlandse Opstand.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 7 - Quiz
In de Republiek was de macht in handen van ....
A
Regering
B
Adel
C
Regenten
D
Koning
Slide 8 - Quiz
De driehoekshandel was
A
Dat men luxeproducten ruilde voor slaven en die slaven ruilde voor tabak/koffie
B
Dat men in een driehoek van Willem van Oranje, Johan van Oldenbarneveld en Baltasar Gerards handel dreef
C
Dat men uit Japan goud haalde, dat verkocht in Indonesië , daar luxeproducten kocht en dit in Japan weer verkocht
D
Dat de VOC en WIC handelden met de Nederlandse overheid
Slide 9 - Quiz
Tijdvak 5 is de periode .....
A
1600-1700
B
1500-1600
C
1650-1750
D
1700-1800
Slide 10 - Quiz
aan wie legt lodewijk XIV verantwoording af?
A
aan het leger
B
aan god
C
aan het volk
D
aan de adel
Slide 11 - Quiz
De VOC kreeg verschillende statelijke bevoegdheden. Welke hoort daar NIET bij?
A
Het voeren van oorlogen
B
Het sluiten van verdragen met buitenlandse vorsten
C
Het bouwen van forten en nederzettingen
D
Het ontbinden van de Staten-Generaal
Slide 12 - Quiz
Wat is GEEN motief voor de Europese expansie?
A
Winst maken door te handelen
B
Volkeren bekeren tot het christendom
C
Vorsten wilden macht uitbreiden
D
Verspreiden wetenschap en techniek
Slide 13 - Quiz
Wat is GÉÉN kenmerk van het absolutisme onder Lodewijk XIV?
A
Economische politiek van het mercantilisme
B
Bevorderen van de machtspositie van de adel
C
De hofcultuur van Versailles
D
Centralisatie van het landsbestuur
Slide 14 - Quiz
De VOC werd op initiatief van de Staten-Generaal opgericht, omdat...
A
Andere landen ook handelscompagnieën oprichtten
B
de concurrentie onder de vele handelscompagnieën moordend was
C
De scheepsbouw te stimuleren. Meer schepen leverden meer geld op.
D
De Staten-Generaal graag landen wilden veroveren
Slide 15 - Quiz
Met welke twee uitspraken is Luther het eens?
A
Iedereen moet de bijbel lezen
B
Een plek in de hemel is te koop
C
Er moesten meer priesters komen
D
De paus bepaalt niet wie er in de hemel komt
Slide 16 - Quiz
Welke twee zinnen zijn juist?
A
Erasmus' kritiek was vergelijkbaar met Luther
B
Luther vertaalde de bijbel in het Nederlands
C
Een ander woord voor hervorming is Renaissance
D
Zonder boekdrukkunst had Luther veel minder aanhangers gehad
Slide 17 - Quiz
In welke twee grote groepen raakte het christendom door de Reformatie verdeeld?
A
katholieken en luthersen
B
protestanten en gereformeerden
C
protestanten en katholieken
D
calvinisten en katholieken
Slide 18 - Quiz
Welke twee oorzaken zijn juist voor het uitbreken van de Nederlandse opstand?
A
Belastingdruk
B
Kettervervolgingen
C
Centralisatiepolitiek
D
Renaissance
Slide 19 - Quiz
Veel van de buitenlandse geleerden als Descartes kwamen naar Nederland, waardoor de cultuur tot bloei komt. Waarom kwamen ze juist naar de republiek?
A
hier was gewetensvrijheid
B
hier spreken mensen veel talen
C
Hier was iedereen gelijk
D
Hier was het klimaat beter
Slide 20 - Quiz
Welke stad was in tijdvak 6 de belangrijkste stapelmarkt in Europa
A
Aken
B
Rotterdam
C
Amsterdam
D
Parijs
Slide 21 - Quiz
More lessons like this
Quiz tijdvak 5 en 6 (Wlt)
February 2022
- Lesson with
28 slides
Geschiedenis
Middelbare school
Quiz tijdvak 5 en 6
February 2021
- Lesson with
28 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Quiz tijdvak 5 en 6
January 2023
- Lesson with
20 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Quiz tijdvak 5, 6, en 7
September 2023
- Lesson with
33 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
Quiz tijdvak 5, 6, en 7 (Wlt)
October 2022
- Lesson with
41 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
Quiz tijdvak 5 en 6
September 2024
- Lesson with
52 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
Quiz tijdvak 5 en 6
January 2020
- Lesson with
52 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
4H Tijdvak 6 check
September 2024
- Lesson with
17 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 4