De Belgische Federale Staat: Een Structuurlijke Verkenning

De Belgische Federale Staat: Een Structuurlijke Verkenning
1 / 13
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

De Belgische Federale Staat: Een Structuurlijke Verkenning

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je de federale staatsstructuur van België in eigen woorden uitleggen.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over de Belgische federale staatsstructuur?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Wat is een Federale Staat?
Een federale staat is een politieke entiteit waarin de bevoegdheden tussen de centrale overheid en de deelstaten zijn verdeeld.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

België's Federale Structuur
België is een federale staat bestaande uit drie gemeenschappen en drie gewesten, elk met hun eigen bevoegdheden.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

De Drie Gemeenschappen
De drie gemeenschappen in België zijn de Vlaamse, Franse en Duitstalige Gemeenschappen, elk met taal- en cultuurgerelateerde bevoegdheden.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

De Drie Gewesten
De drie gewesten zijn het Vlaams, Waals en Brussels Hoofdstedelijk Gewest, elk met bevoegdheden met betrekking tot regionale aangelegenheden.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Belang van Federale Structuur
De federale structuur van België waarborgt de culturele en taalkundige diversiteit en zorgt voor autonomie in bepaalde beleidsgebieden.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Interactieve Oefening
Laat de studenten in groepen een mindmap maken waarin ze de bevoegdheden van de gemeenschappen en gewesten van België categoriseren.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Samenvatting
Vat samen hoe de federale staatsstructuur van België zorgt voor een evenwicht tussen centrale en regionale bevoegdheden.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.