Start 1HV

Bonjour 1HV4!
Schooljaar 2024-2025
1 / 38
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Bonjour 1HV4!
Schooljaar 2024-2025

Slide 1 - Slide

Programme
Voorstellen
Frans: wat weet je al en wat ga je leren?
Uitleg boek + materiaal

Slide 2 - Slide

Qui est ton prof de français? 
Ecoute bien!
Je me présente.

Slide 3 - Slide

Madame Evi Stringa
prof de français
e.stringa@boni.nl

Slide 4 - Slide

La classe se présente...
Je m'appelle + naam (uitspraak: sje mappèl)
Wat kan je nog meer al zeggen in het Frans?

Slide 5 - Slide

 Les règles
  1. Probeer zoveel mogelijk in het Frans te praten! Ik ook :)
    Zie ook de eerste pagina's van het werkboek!
  2. Je telefoon: in het kluisje!
  3. Je hebt je spullen op orde: iPad /oortjes/boek/schrift/huiswerk
  4. Er is één iemand tegelijk aan het woord tenzij er mondeling geoefend wordt



Slide 6 - Slide

Welke Franse woorden ken je al?

Slide 7 - Mind map

tot ziens
dag
hoe gaat het?
hoi
het gaat
bonjour
ça va?
ça va
salut
au revoir

Slide 8 - Drag question

Emportez (toujours) en classe:
Emportez toujours en classe!
un livre
un stylo
un sac à dos
Un ordinateur (portable)
Un cahier

Slide 9 - Drag question

Le matériel: 
  • boek A Libre Service (schrijf naam + klas voorop!)
  • een schrift Frans (om aantekeningen te maken) 
  • een pen (eventueel een markeerstift)
  • oortjes
  • opgeladen iPad
  • Extra materiaal + studiewijzer is te vinden op Teams

Slide 10 - Slide

Start in het boek!

Slide 11 - Slide

Le livre
Regarder
Lire
Ecouter
Ecrire
Parler
Grammaire
Apprendre's 

Slide 12 - Slide

Planning

Slide 13 - Slide

Pour finir...
Wat moet je meenemen naar de lessen?
Vaak moet je woordjes leren als huiswerk... Waar vind je die?
Wat ga je allemaal leren bij het vak Frans?

Slide 14 - Slide

Les devoirs = het huiswerk
Leer apprendre 1 van Unité 1 (hoofdstuk 1) F-N en N-F

Slide 15 - Slide

Ben je op vakantie geweest naar een land waar ze (ook) Frans spreken?
A
Oui
B
Non

Slide 16 - Quiz

Waar ben je geweest in de vakantie?

Slide 17 - Open question

Programme d'aujourd'hui
Quizvragen huiswerk
Het werkwoord être

Aan het einde van de les weet je hoe je het werkwoord être moet vervoegen

Slide 18 - Slide

Tot ziens is in het Frans...
A
Bonjour
B
Au revoir
C
A revaur
D
monsieur

Slide 19 - Quiz

Het meisje is in het Frans...
A
la file
B
le garçon
C
la fille
D
le garcon

Slide 20 - Quiz

Ik woon is in het Frans...

Slide 21 - Open question

Ça va ? = ...
A
Hoe heet jij?
B
Hoe gaat het?
C
Waar woon je?
D
Hoe laat is het?

Slide 22 - Quiz

Il y a = ...
A
Hier is
B
Het is
C
Daar is, daar zijn
D
Er is, er zijn

Slide 23 - Quiz

Ik woon is in het Frans...

Slide 24 - Open question

Vandaag: het werkwoord être
Wat is een werkwoord?
Onregelmatig / regelmatig werkwoord
Waarom zijn werkwoorden belangrijk?

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video

Etre
suis
es
est
sommes
êtes
sont
Je
Tu
Elle
Nous
Vous
Ils

Slide 27 - Drag question

Je (etre)

Slide 28 - Open question

elles (etre)

Slide 29 - Open question

Vous (etre)

Slide 30 - Open question

Elle _______ (etre)

Slide 31 - Open question

Il _______ (etre)

Slide 32 - Open question

Tu (etre)

Slide 33 - Open question

Rijtje werkwoordsvormen leren!
Je suis = Ik ben
Tu es = Jij bent
Il est / elle est / on est = Hij is / zij is / men is
Nous sommes = Wij zijn
Vous êtes = Jullie zijn
Ils / elles sont = Zij zijn

Slide 34 - Slide

Start in het boek

Slide 35 - Slide

Grammaire Extra
Être: 8E, 8F blz. 43
Avoir: 8E, 8F, 8G blz. 76
Werkwoorden op -er: 8F, 8G, 8H, blz. 108
Aller: 8F, 8G blz. 142
Ontkenning: 16F, 16G blz. 143

Slide 36 - Slide

Aujourd'hui
Nakijken ex. 6 (blz. 18) en 8E (blz. 20)
Getallen t/m 70
Ex. 9, 15

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Video