This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 16 min
Items in this lesson
Merken
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Video
De les van vandaag gaat over ....
A
Treinen
B
soorten merken
C
Albert Heijn
D
Boodschappen doen
Slide 3 - Quiz
Een A merk is ......
- een merk met grote naamsbekendheid;
Slide 4 - Slide
Welke A merken ken jij?
Slide 5 - Open question
Een A merk is ...
een product waar veel reclame voor wordt gemaakt;
Slide 6 - Slide
Een A merk ......
- wordt door alle reclame (marketing) meer verkocht;
Slide 7 - Slide
Een A merk ....
- is door alle marketing duur!
Slide 8 - Slide
Welke A merken gebruiken jullie thuis en waarom?
Slide 9 - Open question
Welk merk is er (naast een A merk) nog meer?
A
Huismerk
B
Eigen merk
C
Winkelmerk
D
B merk
Slide 10 - Quiz
B merk ....
- Lijkt qua uiterlijk sterk op een A merk; - Wordt weinig maar meestal geen reclame voor gemaakt; - Is hierdoor 15 tot 20% goedkoper?
Slide 11 - Slide
A merk
B merk
2,00 euro
1,60 euro
Slide 12 - Slide
Wist je dat een B merk soms eigenlijk een A merk is?
Slide 13 - Slide
C- Merk
C-merken = helemaal niet bekend. Consumenten kopen omdat ze weinig geld willen uitgeven. De kwaliteit ligt vaak lager dan bij A- of B- merken.
Slide 14 - Slide
Huismerken
Een huismerk (ook wel winkelmerken genoemd) is het eigen merk van een winkel. De kwaliteit van een huismerk is vaak bijna net zo goed als die van een A-merk.
Prijs ligt wel lager dan een A-merk.
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Video
A Merken
B Merken
C Merken
Huis-
merken
Slide 17 - Drag question
Witte merken...
worden ook wel discountmerken genoemd.
Het zijn producten die erg goedkoop zijn, een eenvoudige verpakking hebben en in vrij weinig winkels verkocht worden.