This lesson contains 22 slides, with text slides and 1 video.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Slide 1 - Video
1.3 De Franse Revolutie
Tekstboek bladzijdes 13 t/m 15
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Vraag van de paragraaf
Wat veranderde er door de Franse Revolutie?
Slide 4 - Slide
L'État, c'est Moi
De wil van de koning is wet. Dit noem je absolutisme.
Lodewijk XIV was een Franse koning met asolute macht.
Deze macht is door god gegeven: droit divin (goddelijk recht)
Zo hoeft dus ook niemand aan de koning te twijfelen...
Slide 5 - Slide
Frankrijk gaat failliet
mei 1789
Feesten, paleizen, bestuur en oorlogen kosten heel veel geld, maar het geld is op.
Koning Lodewijk XVI wil graag meer geld hebben, en roept daarom (voor het eerst in 175 jaar) de Staten-Generaal bij elkaar. De vergadering van de 3 standen.
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
De 3e stand hoopt dat de koning nu eindelijk eens naar hen zou luisteren: verlaging van de belasting en/of afschaffing van de privileges.
Helaas: er gebeurt erg weinig. Dit komt ook omdat er per stand wordt gestemd. En de koning heeft altijd de adel en de geestelijkheid mee.
De leiders van de 3e stand zijn boos en teleurgesteld, en lopen weg...
Slide 8 - Slide
Eed op de kaatsbaan
juni 1789
De 3e stand begint zijn eigen vergadering: de Nationale Vergadering.
Een deel van de 1e en 2e stand sluit zich hierbij aan.
Op een kaatsbaan spreken ze af pas uit elkaar te gaan als er een nieuwe grondwet is.
Slide 9 - Slide
27 juni 1789
Erkenning van Nationale Vergadering door Lodewijk XVI
Afgevaardigden eerste en tweede stand sloten zich ook aan
Nederlaag koning en adel
Meer macht voor de derde stand
Slide 10 - Slide
Hoe bereik je het volk?
Niet iedereen kon lezen, zeker niet in de 3e stand.
Maar spotprenten? Die begreep iedereen!
Deze spotprenten werden meestal gemaakt door de bourgeoisie.
Geestelijkheid
De 1e stand
Adel
De 2e stand
De 3e stand
Alle mensen die niet bij de 1e of 2e stand horen.
Slide 11 - Slide
Bestorming van de Bastille
14 juli 1789
De koning stuurt het leger naar Parijs om groepen mensen uit elkaar te slaan.
Het Franse volk bestormt Bastille, een gevangenis én buskruit-opslag.
De wapens hadden ze al eerder buitgemaakt.
De Franse Revolutie is begonnen...en slaat over op andere delen van het land!
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Augustus 1789
Rust keerde weer terug
Alle Fransen kregen van de Nationale vergadering gelijke rechten
Een edele was gelijk aan een boer
Einde standensamenleving
Slide 14 - Slide
Nieuwe regels
Macht bij het volk
Koning Lodewijk XVI moest wetten opvolgen van de Nationale vergadering
Verklaring van de rechten van de mens en burger
Slide 15 - Slide
Juni 1791
Lodewijk XVI en Marie-Antoinette wilden met hun kinderen vluchten uit Frankrijk
Hij wilde met hulp van Oostenrijk absolutisme in Frankrijk herstellen
Mislukt --> gearresteerd
Ondertussen vielen meerdere buitenlandse troepen Frankrijk binnen om de revolutie de kop in te drukken
Slide 16 - Slide
1792
Koning werd afgezet
Republiek
Januari 1793 onthoofding Lodewijk XVI (Louis Capet) --> start Terreur
Oktober 1793 onthoofding Marie-Antoinette
Slide 17 - Slide
Terreur
1793 Robespierre krijgt de macht
Groeiende onvrede leidt tot machtsgreep radicalen van Robespierre
Gevolg: onthoofding koning als burger Lodewijk Capet (1793) en start Terreur
Schrikbewind --> vrijspraak of guillotine
Tijdens de Terreur worden 16.000 Fransen onthoofd onder de guillotine
Robespierre zelf uiteindelijk ook onthoofd in 1794
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
'The Radical's Arm's' (1819) - George Cruikshank.
In de driekleurige lint staat geschreven 'Geen God! Geen Religie! Geen Koning! Geen Consitutie!'
Spotprent in het eind van de 18e eeuw waarop Robespierre, nadat alle Franse zijn geëxecuteerd, de valbijl (guillotine) laat vallen voor de beul.
Slide 20 - Slide
Vraag van de paragraaf
Wat veranderde er door de Franse Revolutie?
Slide 21 - Slide
Huiswerk
Lezen paragraaf 1.3 De Franse Revolutie, tekstboek bladzijdes 13 t/m 15