TL3 Herhalingsles hoofdstuk 4

1 / 35
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Else sluit een verzekering af bij Achmea. Achmea is de ...
A
Verzekerde
B
Verzekeraar

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Waarom dekt een verzekering alleen schade als gevolg van een onzeker voorval?

Slide 6 - Open question

Slide 7 - Slide

Bij het afsluiten van je verzekering betaal je eenmalig in het eerste jaar ... ?
A
Assurantiebelasting
B
Poliskosten
C
Premie

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Slide

Annet sluit een verzekering af. De premie is €110,25, de poliskosten zijn €9,50. Bereken de verzekeringskosten in het eerste jaar. Houdt rekening met 21% assurantiebelasting.
A
€110,25
B
€119,75
C
€133,40
D
€144,90

Slide 10 - Quiz

Hoe noem je de verzekering voor schade die je zonder opzet bij anderen toebrengt?

Slide 11 - Open question

Slide 12 - Slide

Inboedelverzekering 
Opstalverzekering 
Nieuwwaarde
Herbouwwaarde

Slide 13 - Drag question

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

De verzekerde waarde voor Florians inboedel is €2000,-. De werkelijke waarde van zijn inboedel is €4000,-. Florian heeft een schade van €1000,-. Hoeveel krijgt Florian aan schadeuitkering?
A
€500
B
€1000
C
€2000
D
€4000

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Slide

Door onoplettendheid veroorzaak je schade aan je eigen auto. Welke verzekering dekt deze schade?
A
WA-Verzekering
B
Cascoverzekering

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Waarvan kan de hoogte van de premie van een WA-verzekering allemaal afhangen?

Slide 23 - Mind map

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Als ik een basis zorgverzekering heb worden de kosten van mijn huisarts dan vergoed?
A
Ja, kosten van de huisarts worden altijd vergoed
B
Deels, ik moet nog eigen risico betalen
C
Nee, die worden niet vergoed

Slide 29 - Quiz

Slide 30 - Slide

Lees de onderstaande zinnen en geef aan of ze juist of onjuist zijn.
Juist 
Onjuist 
1) De zorgverzekering is verplicht voor Nederlanders die in het buitenland wonen. 
2) Een behandeling in het ziekenhuis valt onder de basisverzekering.
3) Met een basisverzekering kun je onbeperkt gebruik maken van fysiotherapie.
4) Wie geen zorgverzekering afsluit, overtreedt de wet. 

Slide 31 - Drag question

Wat betekent solidariteit als het gaat over zorgverzekeringen?
A
Een aanvullende zorgverzekering is een verplichte verzekering
B
Gezonde mensen betalen mee aan de zorgkosten voor zieke mensen.
C
Je kunt alleen een andere zorgverzekeraar nemen als je goed gezond bent
D
De verzekeraars mogen zelf weten wie ze als klant accepteren.

Slide 32 - Quiz

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Planning
Vrijdag: Oefentoets hoofdstuk 3 en 4
Dinsdag 13 april: Toets hoofdstuk 3 en 4 

IEDEREEN maakt de toets op school in lokaal K47!

Slide 35 - Slide