Les 9 - V5 - el entorno

1 / 28
next
Slide 1: Video
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Video

Clase de español - V5
Viernes, 27 de septiembre de 2024

Objetivo: 
Al final de la clase has escrito el párrafo sobre el entorno

Slide 2 - Slide

Hoy en clase

Mejorar y terminar párrafo personajes
Escribir sobre el entorno
La evaluación
Los deberes para la siguiente clase

Slide 3 - Slide

Los deberes para hoy

Slide 4 - Slide

La clase anterior (reseña)
  1. Explica lo que es concordancia.
  2. ¿Cómo se forman los verbos del indefinido?
  3. ¿Cómo se forma nlos verbos del imperfecto?
  4. ¿Cuándo se usa el indefinido?
  5. ¿Qué párrafos has escrito ya en tu reseña?
  6. ¿Cuál es la diferencia entre el futuro y el condicional?
  7. ¿Cómo se forma el futuro y el condicional?
Habla con tu compañero en holandés responiendo a las preguntas.
timer
2:00

Slide 5 - Slide

Welke beschrijving past het beste bij bij de imperfecto?
A
Vertellen over de serie van afgelopen week.
B
Beschrijvingen geven van de personages in het verleden.
C
Zeggen wat de personages aan het doen zijn.
D
Vertellen wat een personage onlangs in een serie heeft gedaan.

Slide 6 - Quiz

Wat is de ik persoon van de presente van saber?
A
supe
B
sabo
C
D
sabía

Slide 7 - Quiz

Welk werkwoord gebruik je bij deze zin: En la serie el personaje principal siempre ....... un bigote y gafas
A
ha llevado
B
llevó
C
llevaba

Slide 8 - Quiz

hay/ser o estar en esta frase:
El lugar principal donde se desarrolla la serie .......en Madrid
A
esta
B
es
C
hay

Slide 9 - Quiz

Wat is de ik persoon van de presente van conocer?
A
conoco
B
conocó
C
conosco
D
conozco

Slide 10 - Quiz

Mi abuelo es
A
calvo
B
calva
C
calvos
D
calvas

Slide 11 - Quiz

Mis tías son
A
gordo
B
gorda
C
gordos
D
gordas

Slide 12 - Quiz

la chica es
A
guapo
B
guapa
C
guapos
D
guapas

Slide 13 - Quiz

mi madre tiene los ojos
A
verde
B
azul
C
verdes
D
gris

Slide 14 - Quiz

¿Cómo se llama esta gramática?

Slide 15 - Mind map

Repaso gramática - traduce

  1. In de deze alinea ga ik (zal ik) schrijven over de setting.
  2. Ik zou graag het volgende seizoen zien.

Slide 16 - Slide

Errores
  • Matar / asesinar in de verleden tijd moet altijd indefinido zijn (Por qué?)
  • Het meisje werd vermoord = la chica fue asesinada 
  • Vertaal even terug naar het NL en beoordeel hoe het gebruik van tegenwoordige tijd of verleden tijd klinkt
  • Vraagwoorden een accent
  • Zinnen die niet van jou zelf zijn -> 1

Slide 17 - Slide

Errores
  • Bijvoeglijk nw moet meestal achter zelfst nw
  • la serie (serie is vrouwelijk)
  • Pas op met letterlijke vertalingen. 
  • Als het lijdend vw een persoon is, dan komt er ''a'' voor.
  • El profesor (1xs) en in Casa de Papel is dit een naam, dus hoofdletter

Slide 18 - Slide

Woordvolgorde
tijdsbepaling - onderwerp - persoonsvorm - lijdend vw - meew vw - plaatsbepaling OF
plaatsbepaling - onderwerp - persoonsvorm - lijdend vw - meew vw - tijdsbepaling
Hulpwerkwoord en voltooid deelwoord naast elkaar (niets ertussen)
Ik heb ijsjes gegeten = He comido helados
hulp werkwoord en infinitivo naast elkaar (niets ertussen)
Ik wil ijsjes eten = Quiero comer helados


Slide 19 - Slide

Niet klaar met een alinea in de les?
Voor de toets komt er 1 inhaalmoment om je (incomplete) alinea af te maken.
Je moet hiervoor wel een verzoek indienen bij ZWT via chat teams.
Inhaalmoment = donderdag 24 okt vanaf 
14.00 uur tot maximaal 17.00 uur
lokaal 025

Slide 20 - Slide

Wanneer heb je een goede alinea geschreven over de personages
Als je een inleidende zin voor deze alinea hebt geschreven, die mooi aansluit op de vorige alinea (de samenvatting). (Welke tijd kan je hiervoor gebruiken)?
Als je vertelt welke personages je uitgebreid gaat beschrijven en ook waarom?
Ajs je vertelt hoe ze eruit zagen, wat hun karakter was, welke beroep ze hadden, wat hun rol was in de film of serie. 
Als je rond de 80 woorden hebt geschreven.
Als je geen concordantiefouten hebt gemaakt?
Als je ser (3x) .

timer
10:00

Slide 21 - Slide

Escribir sobre el entorno en español
Deze les af
Inleidende zin (een andere)
Waar speelt de serie zich voornamelijk af?
Locatie(s), beschrijving locatie, details omtrent de
locatie(s). (ser, estar en hay)
Relatie locatie en het verhaal (waarom daar?)
In welke periode speelt het verhaal zich af?
Waaraan zie je dat het zich toen/nu afspeelt?
Zich afspelen = desarrollarse
timer
20:00

Slide 22 - Slide

Escribir el final
Concludeer en geef een mooi eind waarin je de lezer
met vraagtekens laat zitten waardoor hij/zij zin heeft
om de serie die jij hebt bekeken ook te gaan kijken.

Gebruik hierbij de futuros en de condicionals.
Geef hierbij ook jouw mening en leg uit 
waarom je dat vindt. Nuttige woorden vind je in  reader pág. 43-47
Wat zou een leuk eind zijn voor je recensie?

Slide 23 - Slide

Vinden
encontrar = vinden (als je iets zoekt)

Mening geven:
 (No)Me parece que ...
(No) Pienso que ...
(No) Creo que...
(No) me gusta ....

Slide 24 - Slide

Planificación
1. resumen
2. personajes importantes
3. el entorno (hoy)
4. final y tu opinión (10 de octubre)
5. la introducción (11 de octubre)
6. samenhang/eenheid van de verschillende alinea's en puntjes op de i 
(17de octubre)
7. examen de escritura (25 de octubre)

Slide 25 - Slide

La evaluación
Ik loop op schema met schrijven.
Ik heb el resumen nog niet af.
Ik heb los personajes nog niet af.
Ik heb el resumen en los personajes af en ik ben begonnen aan entorno

Slide 26 - Poll

En esta clase he trabajado bien.
😒🙁😐🙂😃

Slide 27 - Poll

Los deberes para el jueves
Concludeer en geef een mooi eind waarin je de lezer
met vraagtekens laat zitten waardoor hij/zij zin heeft
om de serie die jij hebt bekeken ook te gaan kijken.
Schrijf Nederlandse zinnen waarbij je in het Spaans de futuro (zal/zullen) en de condicional (zou/zouden) kan gebruiken.
Geef hierbij ook jouw mening en leg uit
waarom je dat vindt. Nuttige woorden vind je in reader pág. 35 y 36
Wat zou een leuke eindzin of een cliff hanger zijn voor je recensie?

Slide 28 - Slide