Present perfect

1 / 31
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 2

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wanneer zouden we de present perfect gebruiken?
A
nu-toekomst
B
vroeger-nu
C
nu
D
toekomst

Slide 2 - Quiz

Slide 3 - Slide

Vorm
Have/Has + voltooid deelwoord 

Voltooid deelwoord? 
Optie A: Regelmatige werkwoorden ww+ed
Optie B: Onregelmatige werkwoorden (3e rijtje)

Slide 4 - Slide

Gebruik
1) om te zeggen dat iets in het verleden is begonnen en nu nog aan de gang.
Ex: Lee has lived in New York since the summer of 2006 
2) te praten over ervaringen (in iemands leven) tot nu toe.
 I’ve never been on a sailboat in my life.
3) te zeggen dat iets in het verleden is gebeurd en dat je daar nu het resultaat van merkt.
 Karim feels naeseous. He’s eaten too many fries.  

Slide 5 - Slide

Kun je zelf een voorbeeld zin bedenken met de present perfect?
Dus van vroeger tot nu

Slide 6 - Open question

SIGNAALWOORDEN - FYNE JAS!
  • F   for - (nu) al
  • Y   yet - al (in vraagzinnen)
  • N   never - (nog) nooit
  • E   ever - ooit

  • J   just - net
  • A   already - al; always - altijd
  • S   since - sinds; so far - tot dus ver

Slide 7 - Slide

Ontkenningen: ow + have/has + not

I haven’t lived in The Netherlands before.
We haven’t listened to classical music until now.
He hasn't watched the movie yet. 

Slide 8 - Slide

past simple
is het al afgelopen?
nee
present perfect
(have/has volt dw)
ja
staat er in de zin
wanneer het is
gebeurd?
ja
nee
present perfect
(have/has volt dw)
ww + ed /
2e vorm onr

yes
no
no
yes

Slide 9 - Slide

Vragen?

Slide 10 - Open question

Als er geen tijdsbepaling in de zin staat gebruik je ...........
A
De present perfect
B
Present simple
C
Past simple
D
Present continuous

Slide 11 - Quiz

Ik snap hoe je de present perfect maakt én gebruikt.
A
Yes!
B
No, need more practise.

Slide 12 - Quiz

Let's see if you still remember..
Present perfect!

Slide 13 - Slide

Hoe vorm je de Present Perfect?
A
hele ww + ED
B
het derde rijtje van de irregular verbs
C
hele ww + S bij he / she / it
D
has / have + voltooid deelwoord

Slide 14 - Quiz

Welke zin staat in de Present Perfect?
A
My cat finally caught the mouse.
B
His cat hasn't caught a mouse since last year.
C
My dog never catches anything.
D
Did you get caught?

Slide 15 - Quiz

Welke zin staat in de Present Perfect?
A
She goes home at 8 o'clock.
B
He fell off his bike.
C
She has eaten 3 sandwiches so far.
D
They worked all day yesterday.

Slide 16 - Quiz

Make the present perfect:
(I / go / to the library just now)

Slide 17 - Open question

Make the present perfect:
(you / keep a pet for three years)

Slide 18 - Open question

He ..............(never to be)
a superhero

Slide 19 - Open question

Write your own sentence using the present perfect (have/has + voltooid dw.)

Slide 20 - Open question

How did it go?
  • If you did well: Practise on your own with ex. 26, 27, 28, 29 and 30 (E Writing & Grammar).

  • If you still find it difficult: Look at the video together and then work on exercises. 
    Done? Work on: B, D, E, H & I.
  • 10 min. ZS! Stay in the LessonUp!
timer
10:00

Slide 21 - Slide

Wanneer gebruik je de present perfect?

Slide 22 - Open question

Hoe maak je de present perfect?

Slide 23 - Open question

Welke zin staat in de present perfect?
A
I closed the door
B
I have closed the door
C
I am closing the door
D
I close the door

Slide 24 - Quiz

Maak de present perfect:
Our previous one broke yesterday, so we ..... (buy) a new lamp.

Slide 25 - Open question

Maak de present perfect:
I...... (not/work) today, so tomorrow will be busy.

Slide 26 - Open question

Welke signaalwoorden ken je voor de present perfect?

Slide 27 - Open question

Schrijf een zin in de present perfect.

Slide 28 - Open question

End of class
  • HW Monday: Study grammar 5 + 6 of chapter 2 and see what needs more practise or explanation.
  • E+ I are both finished!
  • Test = November 25. 

Slide 29 - Slide

Wanneer gebruik ik ook al weer de Present Perfect?

Slide 30 - Open question

Wat is de vorm van de Present Perfect?

Slide 31 - Open question