Natuur > W1 L4 > Anders & hetzelfde

Anders en hetzelfde

  • planten en dieren zijn op basis van kenmerken in te delen in soorten
  • planten zijn in te delen in de hoofdgroepen: wieren, mossen, paardenstaarten, varens en zaadplanten
  • eigenschappen en kenmerken van organismen passen bij de omgeving waarin ze leven (schutkleur, vorm)
  • eigenschappen en kenmerken van organismen worden overgeërfd


Natuur week 1 Les 4
1 / 52
next
Slide 1: Slide
BiologieBasisschoolGroep 6-8

This lesson contains 52 slides, with interactive quizzes, text slides and 6 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Anders en hetzelfde

  • planten en dieren zijn op basis van kenmerken in te delen in soorten
  • planten zijn in te delen in de hoofdgroepen: wieren, mossen, paardenstaarten, varens en zaadplanten
  • eigenschappen en kenmerken van organismen passen bij de omgeving waarin ze leven (schutkleur, vorm)
  • eigenschappen en kenmerken van organismen worden overgeërfd


Natuur week 1 Les 4

Slide 1 - Slide

Kerndoel 40
De leerlingen leren in de eigen omgeving veel voorkomende planten en dieren onderscheiden en benoemen en leren hoe ze functioneren in hun leefomgeving.

Slide 2 - Slide

KND 40: verscheidenheid & eenheid (gr 7/8)
  • planten en dieren zijn op basis van kenmerken in te delen in soorten
  • planten zijn in te delen in de hoofdgroepen: wieren, mossen, paardenstaarten, varens en zaadplanten
  • eigenschappen en kenmerken van organismen passen bij de omgeving waarin ze leven (schutkleur, vorm)
  • eigenschappen en kenmerken van organismen worden overgeërfd

Slide 3 - Slide

Anders en hetzelfde

  • planten en dieren zijn op basis van kenmerken in te delen in soorten
  • planten zijn in te delen in de hoofdgroepen: wieren, mossen, paardenstaarten, varens en zaadplanten
  • eigenschappen en kenmerken van organismen passen bij de omgeving waarin ze leven (schutkleur, vorm)
  • eigenschappen en kenmerken van organismen worden overgeërfd


Natuur les 1

Slide 4 - Slide

Zoek de betekenis op van een kenmerk

Slide 5 - Slide

Kenmerk =
A
Een merk dat ik ken
B
Manier waarop ik iets kan herkennen/indelen
C
Wat typisch is voor iets of iemand
D
Ik heb niets kunnen vinden

Slide 6 - Quiz

Planten en dieren kan je indelen
Indelen in groot en klein...
Indelen in roofdier en prooidier
Indelen in planteneter of vleeseter
Indelen in landdier of waterdier

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Zoek en upload een dier dat GEWERVELD is

Slide 11 - Open question

Anders en hetzelfde
Dus hoewel we andere dieren zijn, zijn we hetzelfde. 
Wij zijn allemaal gewervelde dieren. 
Met een ruggegraat voor de stevigheid, dus. 

Slide 12 - Slide

Zoek en upload een dier dat ONGEWERVELD is

Slide 13 - Open question

Wij zijn ongewervelde dieren...
Wij zijn anders, maar ook hetzelfde. Wij hebben allemaal geen ruggegraat voor de stevigheid.

Slide 14 - Slide

Gewerveld
Ongewerveld
Sleep naar het juiste vak

Slide 15 - Drag question

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Planten hoofdgroepen
  1. wieren
  2. mossen
  3. paardenstaarten
  4. varens
  5. zaadplanten

Slide 18 - Slide

Wieren

Slide 19 - Slide

Hoi Raoul

Slide 20 - Slide

Mossen

Slide 21 - Slide

Paardenstaarten

Slide 22 - Slide

Varens
Hoe plant deze plant zich voort?
Waar zit het zaad van de varen?
Onderop! 
Daar valt geen regen op...

Slide 23 - Slide

Zaadplanten

Slide 24 - Slide

Deel maar in!
Wieren
Mossen
Paarden-
staarten
Varens
Zaad-
planten

Slide 25 - Drag question

Aanpassen en overleven
  • Dieren en planten passen zich aan.
  • Hoe hun omgeving is maakt uit hoe ze leven en eruit zien.
  • Net als jij: is het koud, dan trek je een jas aan.
  • In de zomer ben je een stuk bloter en bruiner, en eet je ook anders! Zo is het in de natuur...
Aanpassen om te overleven. Wat heeft deze boom gedaan om zich aan te passen zodat deze kon overleven?

Slide 26 - Slide

Kringloop planten

Slide 27 - Slide

Voedselkringloop dieren

Slide 28 - Slide

Kijkvraag
Neem de tijd om goed te kijken en te begrijpen. Wie eet wat? Wie wordt door wie gegeten? En dan? Hoe loopt de kringloop?
Camouflage
De dieren met een goede camouflage overleven het makkelijker. Daarom geven de ouders die eigenschappen door aan hun kinderen.
Hoe meer kans op overleven, hoe beter! 

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Video

Slide 31 - Video

Slide 32 - Video

Hoe heeft dit dier zich aangepast?
A
Door zijn vacht aan te passen aan de natuur
B
Door voorrang te nemen van auto's/fietsers in de natuur
C
Door zich in de natuur te verstoppen bij zijn moeder
D
Door zijn natuurlijke manen en staart af te knippen

Slide 33 - Quiz

Hoe heeft dit dier zich aangepast?
A
Door zijn geur aan te passen aan de natuur
B
Door zijn vorm aan te passen aan de natuur
C
Door zijn vacht aan te passen aan de natuur
D
Door zijn geluid aan te passen aan de natuur

Slide 34 - Quiz

Hoe heeft dit dier zich aangepast?
A
Door zijn stekels op te zetten
B
Door zijn huid aan te passen aan de natuur
C
Door zijn geur aan te passen aan de natuur
D
Door zijn adem lang in te kunnen houden

Slide 35 - Quiz

Hoe heeft dit dier zich aangepast?
A
Door zijn geur aan te passen aan de natuur
B
Door zijn geluid aan te passen aan de natuur
C
Door zijn huid aan te passen aan de natuur
D
Dier? Welk dier? Ik zie alleen een tak...

Slide 36 - Quiz

Verstoppen = overleven
Dit soort dieren kunnen zich allemaal goed verstoppen voor de roofdieren. Zo overleven ze. Hun lichaam past zich na jaren aan, aan de omgeving. Dat noem je evolutie. 

Slide 37 - Slide

Evolutie
Ook wij mensen doen aan evolutie. We geven door aan onze kinderen wat goed werkt. Want dat helpt met overleven. Wimpers, wenkbrauwen, lengte, lichaamsbouw, smalle vingers of grote handen. 
Heeft papa volle wenkbrauwen en haar op z'n rug? 
Dit stamt nog uit de oertijd.
Wat ook wordt doorgegeven is de kleur van je ogen.
Snap jij nu wat ze met dit plaatje bedoelen?

Slide 38 - Slide

Doorgeven van succes
Of het nu een schild is van een schildpad, of de lichte holle botten van een vleugel, ieder dier heeft een talent. En de natuur geef dat door. 
Zo is dat bij mensen ook. 
Wat heb jij van je ouders meegekregen?

Slide 39 - Slide

Meegekregen van je ouders
Op wie lijk jij het meest? 
Van wie heb je 
  • de haar(kleur)
  • de ogen
  • de neus
  • de kin
  • de oren
  • de bouw
  • de intelligentie
  • allergieën
  • waar denk je zelf nog aan?

Slide 40 - Slide

Waarin lijk je op je vader?
Waarin lijk je op je moeder?
(Haar, oren, ogen, neus, mond, lichaamsbouw, kin)

Slide 41 - Open question

Slide 42 - Video

Natuur en opvoeding
De natuur geeft dus je beste kenmerken mee. 
Maar voeding en opvoeding is ook heel belangrijk!!!
Zonder die twee kan je je alsnog ongezond ontwikkelen.

Slide 43 - Slide

Van plant tot plant
Planten geven ook goede eigenschappen door. 

Dat begint bij een zaadje. Als het een grote plant is, 
heeft deze ook weer zaadjes, die weer een plantje kunnen worden. 

Als het ene zaadje beter en handiger groeit 
dan het andere, neemt de kans om beter te groeien toe. 

Slide 44 - Slide

Manieren voor planten om te overleven...

Slide 45 - Slide

Sleep mij naar het verborgen dier.

Slide 46 - Drag question

Sleep mij naar het verborgen dier.

Slide 47 - Drag question

Sleep mij naar het verborgen dier.

Slide 48 - Drag question

Sleep mij naar het verborgen dier.

Slide 49 - Drag question

Sleep mij naar het verborgen dier.

Slide 50 - Drag question

Sleep mij naar het verborgen dier.

Slide 51 - Drag question

Bedankt voor je inzet.
  • Schuif je stoel aan
  • Ruim je spullen op
  • Verlaat het lokaal rustig

Slide 52 - Slide