UK1 verbanden en signaalwoorden, 2 december 2019

• Nederlands
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 3,4

Welkom

Maandag 2 december 2019

groep A: 8.30 - 10.00 uur

groep B: 11.00 - 12.30 uur

Juf Diana

Klas UK1

Nederlands

Wat gaan we vandaag doen?

Welkom en terugblik vorige les.

Nieuwsbegrip?

Strategie: verbanden -- signaalwoorden

Doel: het herkennen van verbanden in een tekst en de bijbehorende signaalwoorden 

Waarom: Bij lezen én schrijven moet je signaalwoorden gebruiken voor niveau 2F 

Evaluatie

Strategie: verbanden -- verwijswoorden

Welke verbanden ken je?

        oorzaak - gevolg

        opsomming

        tegenstelling

Hoe herken je deze verbanden?

Ieder verband heeft bijbehorende SIGNAALWOORDEN.

Hoe zat het ook alweer?

Oorzaak – gevolg

Oorzaak – gevolg

Door, doordat, waardoor, te danken aan

Opsomming

Opsomming

En, ook, ten eerste, ten tweede, vervolgens

Tegenstelling

Tegenstelling

echter, maar, daarentegen, hoewel, toch, tenzij

Opdrachten

Laten we nu de opdracht erbij pakken...eens kijken of we daar de verbanden en signaalwoorden ook in kunnen vullen!

* Schrijf het ontbrekende signaalwoord op. Geef aan welk verband er wordt aangetoond;

* Zoek de juiste kopjes bij de alinea's;

* Leg de tekst in de juiste volgorde.

Klaar? * Schrijf zo kort mogelijk het belangrijkste uit elke alinea op (samenvatting) 

met hulp: 

Vind je de signaalwoorden lastig? 

Ga bij het groepje bij de juf zitten: dan gaan we het eerst nog een paar keer samen doen.

zelfstandig aan de slag: 

Als je weet wat je moet doen en dit zelfstandig (in tweetallen) kan, mag je de opdrachten gaan maken.  

En nu: zachtjes aan het werk!

Klaar?

Maak dan toets op

Nieuwsbegrip online.

Evaluatie

Wat heb je vandaag geleerd?

Welke verbanden ken je?

Aan welke signaalwoorden kan je deze verbanden herkennen?

Oorzaak/gevolg:

Door, doordat, waardoor, te danken aan

Opsomming:

En, ook, ten eerste, ten tweede, vervolgens

Tegenstelling:

echter, maar, daarentegen, hoewel, toch, tenzij