6.1 Organismen en hun omgeving

6.1 Organismen en hun omgeving
1 / 14
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

6.1 Organismen en hun omgeving

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
1. Je kunt biotische en abiotische factoren onderscheiden
2. Je kunt de niveaus van ecologie beschrijven

Slide 2 - Slide

Elk organisme is afhankelijk van zijn omgeving. Die omgeving bestaat uit andere organismen, maar ook uit levenloze factoren, zoals licht, lucht en water. Veel organismen leven samen in groepen.

Slide 3 - Slide

Milieu
Ecologie = het zoeken van relaties tussen organismen en hun milieu (leefomgeving).
Het milieu heef invloed op organismen en andersom ook

Invloeden van het milieu kun je onder andere indelen in:
  • Biotische factoren (levend)
  • Abiotisch factoren (levenloos)

Slide 4 - Slide

biotische en abiotische factoren

Slide 5 - Slide

4 niveaus van de ecologie
1 organisme heet een individu (Als er onderzoek gedaan wordt naar 1 dier is het onderzoek op niveau individu)
Meerdere individuen van dezelfde soort samen = populatie 
Populaties van andere soorten samen = levensgemeenschap
Levensgemeenschap + abiotische factoren = ecosysteem

Slide 6 - Slide

Niveaus in de ecologie

Slide 7 - Slide

Ecosysteem
  • biotische en abiotische factoren die samen een geheel vormen.

Slide 8 - Slide

Wat is een biotische factor?
A
Alle levenloze natuur (de zon, water, etc.)
B
Alle levende natuur (de zon, water, etc.)
C
Alle levenloze natuur (voedsel, soortgenoten)
D
Alle levende natuur (voedsel, soortgenoten)

Slide 9 - Quiz

Wat is geen biotische factor?
A
insecten
B
boom
C
ziekteverwerker
D
water

Slide 10 - Quiz

Noem 3 een abiotische factoren

Slide 11 - Open question

Wat is niet 1 van de ecologie niveaus?
A
Ecosysteem
B
Populatie
C
Individu
D
Levensgroep

Slide 12 - Quiz

Zet de niveaus van de ecologie in de juiste volgorde van klein naar groot.
Ecosysteem
Individu
Levensgemeenschap
Populatie

Slide 13 - Drag question

Wat ga je doen:
Maken opdracht 1 tot en met 7 (blz 184)

Klaar: maak opdracht 8 en 9

Slide 14 - Slide