Geest - les 3


Nederlands
    Fictie
Toegepast op Geest
Les 3

VG2 - P2 - 2021-2022
1 / 32
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson


Nederlands
    Fictie
Toegepast op Geest
Les 3

VG2 - P2 - 2021-2022

Slide 1 - Slide

Om te beginnen ...
... een korte film.

Let goed op! 
Probeer te begrijpen wat er gebeurt.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Link

Slide 4 - Video

Je weet nu ...
... of Geest fictie of non-fictie is en realistisch of niet realistisch is.
... wie de hoofdpersoon is, wat de uiterlijke kenmerken, karaktereigenschappen en overige kenmerken van de hoofdpersoon zijn.
... wie de bijpersonen zijn, welke rollen de bijpersonen hebben, hoe de personen zich ontwikkelen in het verhaal en wat de relatie tussen de hoofdpersoon en de verschillende bijpersonen is.
... welke personen je direct en/of indirect leert kennen.
... tot welk(e) genre(s) het boek behoort.

Slide 5 - Slide

Je weet nu ...

... waar Geest zich afspeelt.
... wat de verschillen zijn tussen de verschillende plaatsen.
... vanuit welke perspectief het verhaal wordt verteld.
... wat de verteltijd en de vertelde tijd is.
... of het verhaal chronologisch wordt verteld.
... of er sprake is van tijdsprongen. 


Slide 6 - Slide

Een aantal recensies
Lees 1 van de recensies op slide 7, 8 of 9.

Let op:
  • Welke informatie is feitelijk?
  • Wat is de mening van degene die de recensie schrijft?
  • Welke argumenten heeft hij/zij bij zijn mening?
  • Waar ben jij het mee eens en oneens?

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Link

Slide 9 - Link

Slide 10 - Link

Welke informatie is feitelijk?

Slide 11 - Open question

Wat is de mening van degene die de recensie schrijft? Welke argumenten heeft hij/zij bij zijn mening?

Slide 12 - Open question

Waar ben jij het mee eens en oneens?
Leg je antwoord uit.

Slide 13 - Open question

Aan het einde van deze les ...

... kun je onderstaande begrippen toepassen op Geest:

  • leeservaring; beoordelingswoorden, mening en argumenten
  • open einde / gesloten einde
  • thema
  • moraal, boodschap

Slide 14 - Slide

Thema

Verhalen gaan ergens over. Ze hebben een diepere bedoeling
In één verhaal kunnen meer thema's voorkomen.

Weet je nog welke thema's in Wonder een rol speelden?

Slide 15 - Slide

Moraal

Een wijze les, een boodschap, een advies. 
De schrijver wil iets zeggen over wat goed of fout is en hoe mensen zouden moeten leven.  

Weet je nog wat de moraal was in Wonder?

Slide 16 - Slide

Gesloten einde

Alle openstaande vragen en 'mysteries' zijn beantwoord.
Acties van personages hebben een (goed of slecht) resultaat.




Slide 17 - Slide

Open einde
Bij een open einde blijven er vragen onbeantwoord.

Dat heeft 2 kanten: 
  • enerzijds: de lezer wordt aan het denken gezet en kan zijn   eigen einde 'kiezen'
  • anderzijds: de lezer baalt, hij wil weten hoe het afloopt.

Slide 18 - Slide

Mening & Argumenten
Beoordelingswoorden Je mening geef je door beoordelingswoorden te noemen.
(spannend, mooi, verdrietig, interessant, verrassend, etc.)

Argumenten Je beoordelingswoorden onderbouw je met argumenten. Je legt hiermee uit waarom je het boek spannend, interessant of anders vond. Je kunt hierbij ook nog verwijzen naar een fragment uit het boek om je argumenten extra te ondersteunen.

Slide 19 - Slide

Emotieve argumenten

Je gebruikt beoordelingswoorden die aangeven wat een verhaal met je doet (emotie). 

(maakt me vrolijk - spannend - vol vaart - ontroerend - beklemmend)


Slide 20 - Slide

Realistische argumenten

Je gebruikt beoordelingswoorden die aangeven in hoeverre jij een verhaal realistisch vindt. 

(geloofwaardig - herkenbaar - bedacht - origineel) 


Slide 21 - Slide

Morele argumenten
Je gebruikt beoordelingswoorden die iets zeggen over de keuzes die de personages maken of over de boodschap die de schrijver wil uitdragen. 

(Goed voorbeeld - keur ik af - asociaal - rechtvaardig - betrokken)

Slide 22 - Slide

Aan de slag!
Beantwoord nu de vragen op de volgende slides. 
De vragen gaan over de theorie uit deze les. 

Slide 23 - Slide

Wat is het thema/wat zijn de thema's in Geest. Licht je antwoord toe.

Slide 24 - Open question

Welke moraal zou je uit Geest kunnen halen? Leg je antwoord uit.

Slide 25 - Open question

Heeft Geest een open of een gesloten einde? Leg uit.

Slide 26 - Open question

Wat is jouw mening over Geest?
Noem 3 beoordelingswoorden. Licht ieder beoordelingswoord toe met een argument.

Slide 27 - Open question

Lees blz. 235 t/m 247

Hoe reageert Marty op zijn ontmoeting met Jochem?
En wat vindt Jochem hiervan, denk je?

Slide 28 - Open question

Lees blz. 235 t/m 247
Marty vertelt uiteindelijk wat er bij hem thuis is gebeurd. (Blz. 257 t/m 260) Wat voor gevoel geeft dit gedeelte van het verhaal jou?

Slide 29 - Open question

Lees blz. 235 t/m 247
Is jouw mening over Marty door dit verhaal veranderd? Op wat voor manier?

Slide 30 - Open question

Tot slot ...

... nog een klein sleep-opdrachtje.

Slide 31 - Slide

Vertelde tijd
Verteltijd
Chronologisch
Niet-chronologisch
Flashback
Flash forward
De tijd die in het verhaal verstrijkt.
Leestijd.
Op volgorde van tijd
"overmorgen-vandaag-morgen"
Terugblik
Vooruitblik

Slide 32 - Drag question