Tijdlijn

________|________|________|____|____|________|_____|______
week 38
week 39
week 40
week 41
week 42
week 43
week 44
week 45
vakantie
SO3:
Zie inhoud proefwerk 1 en proefwerk 2
- leestekens
- werkwoord-
spelling
- congruentie


- feiten, meningen en argumenten
- onbekende woorden


- aan elkaar of los
- pv in samengestelde zinnen
- woordvolgorde
- samentrekking
fictie 
afronden

project-
week
Proefwerk 1
- indeling van een tekst
- onbekende woorden 
- leestekens
- werkwoord-
spelling
- congruentie
Deeltoets 2
- feiten, meningen en argumenten
- onbekende woorden
Proefwerk 2
- feiten, meningen en argumenten
- onbekende woorden
- aan elkaar of los
- pv in samengestelde zinnen
- woordvolgorde
- samentrekking
Fictie inleveren
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

________|________|________|____|____|________|_____|______
week 38
week 39
week 40
week 41
week 42
week 43
week 44
week 45
vakantie
SO3:
Zie inhoud proefwerk 1 en proefwerk 2
- leestekens
- werkwoord-
spelling
- congruentie


- feiten, meningen en argumenten
- onbekende woorden


- aan elkaar of los
- pv in samengestelde zinnen
- woordvolgorde
- samentrekking
fictie 
afronden

project-
week
Proefwerk 1
- indeling van een tekst
- onbekende woorden 
- leestekens
- werkwoord-
spelling
- congruentie
Deeltoets 2
- feiten, meningen en argumenten
- onbekende woorden
Proefwerk 2
- feiten, meningen en argumenten
- onbekende woorden
- aan elkaar of los
- pv in samengestelde zinnen
- woordvolgorde
- samentrekking
Fictie inleveren

Slide 1 - Slide

Het tegenovergestelde van:

nooit
A
ooit
B
altijd
C
soms
D
meestal

Slide 2 - Quiz

Het tegenovergestelde van:

slordig
A
netjes
B
smerig
C
rommelig
D
juist

Slide 3 - Quiz

Een ____ voor de dorst hebben.
A
drankje
B
glaasje
C
appeltje
D
slokje

Slide 4 - Quiz

Buiten de ____ vallen.
A
kring
B
boot
C
klas
D
groep

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Slide

Zo’n doos chocolaatjes ____ vandaag maar 1 euro bij de supermarkt om de hoek.
A
kost
B
kosten

Slide 7 - Quiz

De chocolaatjes ____ vandaag maar 1 euro bij de supermarkt om de hoek.
A
kost
B
kosten

Slide 8 - Quiz

Volgens de opiniepeiler _____ 20% van de kiezers op een lokale partij bij de gemeenteraadsverkiezingen.
A
stemt
B
stemmen

Slide 9 - Quiz

Volgens de opiniepeiler _____ de kiezers op een lokale partij bij de gemeenteraadsverkiezingen.
A
stemt
B
stemmen

Slide 10 - Quiz

________|________|________|____|____|________|_____|______
week 38
week 39
week 40
week 41
week 42
week 43
week 44
week 45
vakantie
SO3:
Zie inhoud proefwerk 1 en proefwerk 2
- leestekens
- werkwoord-
spelling
- congruentie


- feiten, meningen en argumenten
- onbekende woorden


- aan elkaar of los
- pv in samengestelde zinnen
- woordvolgorde
- samentrekking
fictie 
afronden

project-
week
Proefwerk 1
- indeling van een tekst
- onbekende woorden 
- leestekens
- werkwoord-
spelling
- congruentie
Deeltoets 2
- feiten, meningen en argumenten
- onbekende woorden
Proefwerk 2
- feiten, meningen en argumenten
- onbekende woorden
- aan elkaar of los
- pv in samengestelde zinnen
- woordvolgorde
- samentrekking
Fictie inleveren

Slide 11 - Slide