Thema 1; Basisstof 1

Thema 1 Ademhaling en verbanding

Basisstof 1 Verbranding
1 / 27
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

Items in this lesson

Thema 1 Ademhaling en verbanding

Basisstof 1 Verbranding

Slide 1 - Slide

                      Lesdoelen

Na deze les:
  1. weet ik wat verbranding is
  2. weet ik wat ik nodig heb voor verbranding
  3. weet ik welke verbrandingsproducten er ontstaan

Slide 2 - Slide

1

Slide 3 - Video

00:15
Wat heb je nodig om een dit vuur te laten branden?

Slide 4 - Open question

om iets te laten branden heb je
Om iets te laten branden heb je nodig
Haal je één van deze drie weg, dan zal het vuur doven.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Video

Wat is verbranding?
  • Voor verbranding heb je een brandstof en zuurstof nodig. 
  • De producten die ontstaan bij verbranding noemen we verbrandingsproducten
  • Door verbranding ontstaat energie in verschillende vormen bijvoorbeeld licht, beweging of warmte.

Slide 8 - Slide

Verbranding


brandstof + zuurstof = water + CO2 + energie


                                                                


Brandstof
Brandstof
verbrandingsproduct
verbrandingsproduct
verbrandingsproduct

Slide 9 - Slide

Verbrandingsproducten
Bij verbranding ontstaan er ook verbrandingsproducten.
Voorbeelden hiervan zijn: koolstofdioxide, uitlaatgassen en water

Slide 10 - Slide

Voorbeelden verbranding

Reactieschema van het verbrandingsproces:

Algemeen:  
Brandstof      +    zuurstof    -->     water    +    koolstofdioxide      +      energie
(brandstof)                                      (verbrandingsproducten)                 
                                                                                                                 
Auto:
Benzine      +      zuurstof     -->     water    +       koolstofdioxide                      +           energie
(brandstof)                                 (verbrandingsproducten (uitlaatgassen)           (warmte + beweging)

Kaars:
Kaarsvet      +     zuurstof     -->     water     +   koolstofdioxide      +     energie
(brandstof)                                      (verbrandingsproducten)                (warmte + licht)

Lichaam:
Glucose      +       zuurstof   -->      water + koolstofdioxide           +      energie
(brandstof)                                      (verbrandingsproducten)                (lichaamstemperatuur + beweging)
Ook de processen in je cellen vragen energie

Slide 11 - Slide

Indicator
Een indicator is een "aantoonstof"

Met kalkwater kan aanwezigheid van  CO2 aantonen.

Kalkwater is dus een indicator voor CO2


Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Inloggen op lessonup 
Wij gaan oefenen!

Slide 14 - Slide

Wat heb je NIET nodig voor verbranding?
A
Zuurstof
B
Koolstofdioxide
C
Ontbrandingstemperatuur
D
Brandstof

Slide 15 - Quiz

Wat zijn verbrandingsproducten?


A
Stoffen die nodig zijn voor een verbranding
B
Stoffen die ontstaan bij verbranding
C
Stoffen die worden gebruikt bij een verbranding

Slide 16 - Quiz

Wat is geen brandstof?
A
Diesel
B
Kaarsvet
C
Zuurstof
D
Glucose

Slide 17 - Quiz

Een indicator is een
A
Een stof die voor kleur zorgt
B
Een stof die een andere stof aantoont
C
Een stof die een andere stof bindt

Slide 18 - Quiz

+
---->
+
+
brandstof
verbrandingsproducten
Verbranding bij de mens

glucose
zuurstof
energie
koolstof-dioxide
water

Slide 19 - Drag question

Maak de reactievergelijking van verbranding kloppend.
+
+
  _______>
verbranding
koolstofdioxide
zuurstof
water
brandstof

Slide 20 - Drag question

Nodig voor verbranding
Over na verbranding
Zuurstof
Koolstofdioxide
Water
Energie
Brandstof

Slide 21 - Drag question

Glucose en kaarsvet zijn voorbeelden van:
A
indicatoren
B
fotosynthese
C
brandstoffen
D
zuurstof

Slide 22 - Quiz

Wat kan je met kalkwater aantonen?
A
Zuurstof
B
Koolstofdioxide

Slide 23 - Quiz

Als een kaars brandt, verbrandt er kaarsvet. Wat is kaarsvet?
A
Verbranding
B
Energie
C
Brandstof
D
Zuurstof

Slide 24 - Quiz

Kalkwater is een indicator.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 25 - Quiz

Wat is geen brandstof
A
Diesel
B
Kaarsvet
C
Zuurstof
D
Glucose

Slide 26 - Quiz

vragen
VRAGEN? 

Slide 27 - Slide