This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Items in this lesson
Schrijven KGT2 perron 4
De Rooi Pannen
Slide 1 - Slide
Wat is belangrijk bij het maken van een goede samenvatting?
Slide 2 - Mind map
opdrachten uit het boek
Maken: blz. 40
opdr. 1
Slide 3 - Slide
samenvatting
We lezen samen de uitleg op blz. 41 door.
maken: blz. 41 tm 47
opdr. 2 tm 9
Slide 4 - Slide
De zakelijke brief
We gaan een filmpje kijken in de klas over het schrijven van een zakelijke brief. We kijken het filmpje tot 4.16 maar als je ook voorbeelden wil bekijken, kun je het filmpje zelf verder kijken.
Hou blz. 49 van jouw boekje erbij.
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Video
opdrachten uit het boek
maken: blz. 47 - 51
opdr. 10 tm 15
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Video
opdrachten uit het boek
We lezen samen de uitleg door op blz. 52
maken: blz. 52 - 54
opdr. 16, 17, 18, 19, 20
Slide 9 - Slide
Kenmerken zakelijke brief:
A
formeel taalgebruik
B
informeel taalgebruik
Slide 10 - Quiz
Wat is de opbouw van de zakelijke brief?
A
Inleiding, kern, slot
B
kern, slot
C
kern
D
inleiding
Slide 11 - Quiz
Wat is bij een zakelijke brief het belangrijkst?
A
de lay-out
B
de inhoud
C
de aanhef
D
de stijl
Slide 12 - Quiz
Een zakelijke brief heeft een vaste opbouw. Wat schrijf je in de inleiding van een zakelijke brief?
A
Wat je van de lezer verwacht.
B
Precieze informatie.
C
De reden en het onderwerp van je brief.
D
Geen van de antwoorden is juist.
Slide 13 - Quiz
Wat is een zakelijke brief?
A
een briefje aan je moeder
B
een sollicitatiebrief
C
een klachtenbrief over je telefoonabonnement
D
een boodschappenlijstje
Slide 14 - Quiz
Een sollicitatiebrief is geen zakelijke brief
A
waar
B
niet waar
Slide 15 - Quiz
Wat is GEEN zakelijke brief?
A
liefdesbrief
B
klachtenbrief
C
sollicitatiebrief
Slide 16 - Quiz
Een zakelijke email
A
formeel
B
informeel
Slide 17 - Quiz
Wat is een geschikt onderwerp voor een zakelijke email?
A
Stage!
B
........(leeg)
C
Stageplek
D
Graag stel ik mij voor
Slide 18 - Quiz
Welk onderdeel hoort niet bij een zakelijke -email?
A
Inleiding
B
slot
C
uitwerking
D
kern
Slide 19 - Quiz
In een zakelijke email staan minstens 2 komma's. Waar?
A
Na aanhef en na het woord 'want'
B
Na de slotgroet en na het onderwerp
C
Na aanhef en slotgroet
D
Na het onderwerp en het woord 'dus'
Slide 20 - Quiz
In een zakelijke email spreek je de ander aan met 'u'.