10 - v3 - Chapitre 2 - voorbereiding repetitie

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

bonjour - comment ça va?

prenez

-> vos livres 📚

-> vos cahiers 📖📝

-> vos trousses / stylos 🖊️🖌️🖍️

vendredi huit décembre deux mille vingt-trois

Qu'est-ce que l'on va faire?

1. les devoirs -> questions?
   
2. exercices de répetitions pour le test chapitre 2 de vendredi 15 décembre 2023
   

🍀

Qu'est-ce que l'on va faire?

1. vous avez des questions sur les devoirs?
2. controle devoirs
3. exercices de répetitions pour le test chapitre 2 de vendredi 15 décembre 2023
   

🍀

quiz vocabulaire chapitre 2 bron ABEF

socrative openen 

[e-mail]

ReViUsWiJk2023!

hoe ziet de repetitie eruit? 67p

exercice 1 : vocabulaire - vertaal FN + NF + choisis la bonne réponse (franse zinnen, kies het goede woord tussen 3 opties) - 24 pts

exercice 2: grammaire - à/de + bepaald lidwoord + verbe-ir - 16 pts

exercice 3: phrases-clés et écrire - schrijf een verhaal over jouw weekend. Wat vindt je (niet) leuk  om te doen en waarom. Minstens 6 activiteiten. Dagdelen e/o dagen noemen en jouw lievelings film/serie beschrijven - 15 pts

exercice 4: lire (2 textes) - 12 pts

ww op -ir: finir, réfléchir, réussir, remplir, grandir, choisir, rougir...

stap ->1 stam | stap 2 -> juiste uitgang

stap 1 -> stam

finir -> fin

réussir -> réuss

grandir -> grand

rougir -> .....

stap 2 -> juiste uitgang

je

tu

il/elle/on

nous

vous

ils/elles

-is

-is

-it

-issons

-issez

-issent

zet in de présent
ils (rougir)

zet in de présent
elle (finir)

zet in de présent
tu (choisir)

zet in de présent
vous (grandir)

ww op -ir: finir, réfléchir, réussir, remplir, grandir, choisir, rougir...

passé composé -> avoir + stam = r weg

stap 1 -> stam

finir -> fini

réussir -> réussi

grandir -> grandi

rougir -> .....

stap 2 -> avoir + voltooid dlwrd

j'

tu

il/elle/on

nous

vous

ils/elles

ai            fini

as           réfléchi

a             réussi

avons    rempli

avez       grandi

ont         choisi

zet in de passé composé
nous (rougir)

zet in de passé composé
ils (choisir)

zet in de passé composé
je (remplir)

hele zinnen geschreven? 6 activiteiten? 6 vind ik (niet) leuk en waarom? dagdelen e/o dagen gebruikt?

60 woorden?

 

Schrijf een verhaal van ongeveer 60 woorden over wat je zaterdag en zondag doet. Beschrijf minstens zes verschillende activiteiten die je doet waarvan in ieder geval één die je niet leuk vindt om te doen. Schrijf ook waarom je het (niet) leuk vindt om die activiteiten te doen. Ten slotte schrijf wat jouw lievelings film of serie is.

Exemple - 74 mots

Le samedi matin pendant mon temps libre j'aime faire la grasse matinée parce que c'est reposant. L'après-midi j'aime jouer au tennis avec mon frère parce que c'est actif. Le soir j'aime regarder un film parce que c'est relaxant.

Le dimanche j'aime promener le chien car c'est  sympa. Je n'aime pas ranger ma chambre et faire la vaisselle parce que c'est nul et ennuyeux.

Wat kun je verder nog doen?

• Controleer al jouw gemaakte opgaven met het h3 Antwoorden GL
• Maak extra opdrachten 'le pont' (chapitre 4) - pagina 131- 142
• Een verhaal schrijven (60 woorden) waarin je jouw weekend beschrijft
• Zelf opdrachten verzinnen over de grammatica
• De vocabulaire oefenen in SlimStampen
•  Maak de bilan chapitre 2  en vul de FICHE D'ÉVALUATION (page 91)