This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Items in this lesson
STRUX Boek 1 Hoofdstuk 1, 2 & 3
STRUX Boek 2 Herhaling Hoofdstuk 1
Slide 1 - Slide
Wat gaan we vandaag doen?
Toetsen inhalen (de rest werkt zelfstandig door)
Herhaling van hoofdstuk 1
Praktijkopdracht hoofdstuk 1 (blz. 88, 89 & 90)
Slide 2 - Slide
Hoofdstuk 1 Artikelen vervoeren
Dit hoofdstuk gaat over het vervoeren van artikelen vanuit het magazijn naar de winkel. Nieuwe artikelen komen in de meeste winkels binnen in het magazijn. Vanuit het magazijn moeten de artikelen naar de winkel. Jij hebt hierin een belangrijke taak!
Slide 3 - Slide
Hoofdstuk 1 Artikelen vervoeren
Je staat in het magazijn en je ziet veel dozen en losse artikelen staan. Deze moet je allemaal naar de winkel vervoeren. Je kunt alles gaan tillen. Maar dat is veel te zwaar en kost veel tijd.
Slide 4 - Slide
Wat gebruik je om de artikelen van het magazijn naar de winkel te vervoeren?
A
Doosjes
B
Interne transportmiddelen
C
Een lift
Slide 5 - Quiz
Transportmiddelen
Als je alle artikelen zelf moet tillen, is dit niet goed voor je rug. Daarom zijn er transportmiddelen. Hiermee vervoer je de artikelen vanuit het magazijn naar de winkel.
Slide 6 - Slide
Welke transportmiddelen kennen jullie allemaal?
Slide 7 - Open question
De rolcontainer
Als je een grote hoeveelheid dozen in een keer moet verplaatsen, gebruik je de rolcontainer. Als je met de rolcontainer gaat rijden, ga je aan de kant van de zwenkwielen staan. Zo kun je het beste sturen. Je duwt de rolcontainer naar voren.
-> Praktijkopdracht Hoofdstuk 1 (blz. 88, 89 en 90)
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Video
De pompwagen
Een pallet met dozen verplaats je met een pompwagen.
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Video
Welk transportmiddel gebruik je om een grote hoeveelheid doosjes moet verplaatsen in één keer?
A
Het kledingrek
B
De pompwagen
C
De rolcontainer
Slide 12 - Quiz
Welk intern transportmiddel is dit?
A
Heftruck
B
Magazijnwagen/plateauwagen
C
Rolcontainer
D
Palletwagen
Slide 13 - Quiz
De plateauwagen
Deze gebruik je om losse artikelen met een verschillende maat te verplaatsen. Je duwt de plateauwagen, net als een winkelwagentje.
Slide 14 - Slide
Het hondje
Een hondje gebruik je om grote, zware dingen mee te verplaatsen. Een hondje heeft geen zijkanten. Kijk dus goed hoe je de artikelen op het hondje neerzet.
Slide 15 - Slide
Hoe noemen we dit transportmiddel?
A
Magazijnwagen
B
Rolcontainer
C
Pompwagen
D
Steekwagen
Slide 16 - Quiz
Waar wordt dit transportmiddel voor gebruikt?
A
Voor schoenen
B
Voor tapijten
C
Voor kleding
Slide 17 - Quiz
Hoe noemen we dit transportmiddel?
A
Een hanger
B
Een kledingrek
C
Een buizenrek
Slide 18 - Quiz
Waarom gebruik je eigenlijk een transportmiddel?
Slide 19 - Open question
Etiketten op de dozen
Als goederen in dozen zijn verpakt, kun je niet goed zien wat er in de doos zit. Dit is niet handig wanneer je deze dozen moet vervoeren. Er kunnen bijvoorbeeld breekbare spullen in zitten.
Slide 20 - Slide
Breekbare spullen
Slide 21 - Mind map
Etiketten op de dozen
Omdat er IN de dozen bijvoorbeeld breekbare spullen zitten, staan er waarschuwingsetiketten op de doos. Zo kun je snel zien waarop je moet letten en hoe je de doos het beste kunt vervoeren. Er zijn veel verschillende waarschuwingsetiketten.
Droog houden
Niet in snijden
Deze zijde boven
Slide 22 - Slide
De rest van de les....
Boek 2 H1 Opdr. 17A -> Hussein, Jackie & Murad
Boek 2 Praktijkopdracht H5 -> Jackie, Dewi, Murad & Zedki