meervoud (deel 1.2)

meervoud (deel 1.2)
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsSchrijvenISK

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 25 min

Items in this lesson

meervoud (deel 1.2)

Slide 1 - Slide

doel:
Ik leer het meervoud en de belangrijkste 3 regels van het meervoud.

Slide 2 - Slide

de regel:
Regel 1:
meestal komt er: EN achter het woord 
Regel 2:
Na - je/ - el / -en / -er/ - ie
zet je een S achter het woord
Regel 3:
na -a/-o/-u/-i/-y een 'S achter het woord
EN
S
'S

Slide 3 - Slide

meervoud 
op -s
meervoud 
op -en
meervoud
 op 's
lepel
kleur
tekst
bloem
beest
broer
emmer
pasje
pyama
oma
paraplu
hobby
auto
gang

Slide 4 - Drag question

het meervoud van:
pot
A
pots
B
poten
C
potten
D
potje

Slide 5 - Quiz

het meervoud van
boom
A
boomen
B
bommen
C
bomen
D
boompje

Slide 6 - Quiz

meervoud van:
mes
A
messes
B
messen
C
mesen
D
mesje

Slide 7 - Quiz

meervoud van:
jongen
A
jongentje
B
jongenen
C
jongens
D
jonger

Slide 8 - Quiz

meervoud
Let wel op de spelling van lange en korte klank - woorden :

 boom - bomen
bos - bossen

roos - rozen
 golf - golven

Slide 9 - Slide

meervoud van:
doos
A
doosen
B
doosje
C
doozen
D
dozen

Slide 10 - Quiz

meervoud van:
kok
A
koken
B
koks
C
kokken
D
kokje

Slide 11 - Quiz

meervoud van:
cirkel
A
cirkeltje
B
cirkels
C
cirkelen
D
cirkelens

Slide 12 - Quiz

wie doet een kwisje?

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Link

wie doet een kwisje?

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Link

meervoud 
op -s
meervoud 
op -en
lepel
kleur
tekst
bloem
beest
broer
emmer
pasje
gang
kamer
bed
zaal
kleed
brief
jongen

Slide 17 - Drag question

meervoud vind ik
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Poll