This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Welkom
Hoofdstuk 8
8.1 Formules korter
8.2 Vergelijkingen
8.3 De balans
8.4 Links en rechts hetzelfde
8.5 het omslagpunt
Slide 1 - Slide
Wat gaan wij doen vandaag?
Uitleg 8.1
Opdrachten samen oefenen
Zelfstandig aan het werk
Slide 2 - Slide
Ad meet de lengte van de haag om de tuin door rond te lopen waarbij hij steeds gelijke stappen zet. De lengte van één stap noemt hij s. In de tekening is elke stap met een pijl aangegeven.
Waarom wordt de langste zijde met 8 x s aangegeven?
Slide 3 - Open question
De lengte h van de haag berekent hij met de formule 7 x s + 8 x s + 7 x s + 6 x s = h Leg uit hoe Ad aan die formule komt.
Slide 4 - Open question
Een stap van Ad is 80 cm. Hoeveel centimeter lang is de haag?
Slide 5 - Open question
Hoeveel meter lang is de haag?
Slide 6 - Open question
Slide 7 - Open question
8.1: Formules korter
6 x a + 3 x a = 9 x a
Slide 8 - Slide
8.1: Formules korter
Slide 9 - Slide
8.1: Formules korter
6 x a + 3 x p = 6 x a + 3 x p
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Schrijf de formules zo kort mogelijk
A
p x 15 = a
B
15 x a = p
C
16 x p = a
D
36 x a = p
Slide 12 - Quiz
Slide 13 - Slide
opdracht 4 maken
timer
0:04
Slide 14 - Slide
Antwoorden
Slide 15 - Slide
Let op!
15 x a = p
Dit kan nog korter...
15a = p
Slide 16 - Slide
Schrijf de formule zonder vermenigvuldigingteken. 9 x a + 12 = b
A
9 x a 12 = b
B
9a + 12 = b
Slide 17 - Quiz
Schrijf de formule zonder vermenigvuldigingteken. 4 x k + 7 = q
A
4k + 7 = q
B
4 x k7 = q
Slide 18 - Quiz
Schrijf nu zelf korter... 33 x d - 15 x k = t
Slide 19 - Open question
opdracht 5 maken
Slide 20 - Slide
Antwoorden
Slide 21 - Slide
Maak opdracht 6 t/m 10
timer
0:15
Slide 22 - Slide
8.2......
Slide 23 - Slide
Schrijf elke formule korter. Welke kan niet korter?
Slide 24 - Open question
Schrijf formule a korter
Slide 25 - Open question
Schrijf formule b korter
Slide 26 - Open question
Schrijf formule c korter
Slide 27 - Open question
Kun je formule d korter schrijven?
Slide 28 - Open question
Let op !
Slide 29 - Slide
Schrijf korter !
A
b = c
B
1b = c
C
7 c = b
D
15 b = c
Slide 30 - Quiz
Schrijf korter !
A
r = q + 5
B
r = 1q + 5
C
15 q = r
D
15 x 1 q = r + 1
Slide 31 - Quiz
Maak 8, 9 en 10 zelf !
timer
7:00
Slide 32 - Slide
Slide 33 - Slide
Ik kan formules korter schrijven door gelijksoortige termen samen te nemen.