Het is de bedoeling om snel de algemene toestand van het slachtoffer in te schatten. De situatie of verschijnselen kunnen aanwijzingen geven over de situatie van het slachtoffer. Je kunt het slachtoffert het beste benaderen door hem recht aan te kijken. Dat voorkomt dat een slachtoffer onnodig met de nek draait als je hem aanspreekt.
Slide 4 - Slide
3. Alarmeer de hulpdiensten (112)
Organiseer als het kan, zo snel mogelijk hulp om je heen.
Roep de hulp in van eventuele omstanders, omdat je hen later nodig kunt hebben, bijvoorbeeld om 112 te bellen of om een AED te halen.
Slide 5 - Slide
4. Verleen verdere eerste hulp
Controleer regelmatig het bewustzijn en de ademhaling van het slachtoffer en probeer kalm te blijven als je eerste hulp verleent.
Geef eventuele veranderingen in de toestand van het slachtoffer door aan de huisarts of aan de meldkamer van 112.
Slide 6 - Slide
Opdracht
Lees de opdracht en beschrijf stap voor stap wat jij doet als hulpverlener.
Slide 7 - Slide
Stabiele zijligging
Doel: vrijhouden van de ademweg van een bewusteloos slachtoffer met een normale ademhaling.
Voorbereiding: 112 is al gebeld, verwijder zo nodig de bril van het slachtoffer, kniel naast het slachtoffer en zorg ervoor dat de benen gestrekt zijn.
Slide 8 - Slide
Stabiele zijligging
Pak de arm van het slachtoffer en leg dit in een rechte hoek met het lichaam.
Houd de handrug van de andere arm tegen de wang.
Pak het been en draai het slachtoffer. Zorg dat de elleboog de grond raakt.
Houd de luchtweg vrij en blijf de ademhaling controleren. Controleer steeds de ademhaling door te kijken, luisteren en voelen. Door mety gespreide vingers de handen op borst en rug te leggen, kun je de ademhaling goed voelen. Controleer 10 seconden lang.
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Video
Oefenen stabiele zijligging in 3-tallen
1 slachtoffer
1 hulpverlener
1 observator
Slide 11 - Slide
Hoe controleer je het bewustzijn?
Slide 12 - Open question
Bewustzijn controleren
Draai een vermoedelijk bewusteloos slachtoffer dat op de buik ligt en waar de ademhaling niet goed gecontroleerd kan worden, op de rug.
Schud voorzichtig aan de schouders van het slachtoffer en vraag duidelijk hoorbaar: 'Gaat het?'