Nederlands 9 november

• Nederlands
• Voortgezet speciaal onderwijs

Nederlands

Maandag 9 november

Huiswerk voor vandaag:

Boek:

Hoofdstuk 2 - Kijken en Luisteren - maken opdracht 2 t/m 4 (blz 52 +53)

Hoofdstuk 2 - Spreken - doorlezen blz 54

Hoofdstuk 3 - Kijken en Luisteren - maken opdracht 1 t/m 5 (blz 90 + 91)

Hoofdstuk 4 - Kijken en Luisteren - maken opdracht 1 t/m 3 (blz 128 + 129)

Online: Nina Wouter Job Terence Thijn Pleun Colin Alyssa Maarten Boyd Jay Roelof

Ein - Examen doen - Eindexamen Kijken en Luisteren Extra 1

Zorg dat je deze week 45 minuten aan NUMO hebt gewerkt.

Werken aan je fictieportfolio. 

Stand van zaken Fictieportfolio

1. Ik heb 2 opdrachten klaar.
2. Ik ben begonnen met mijn 1e opdracht
3. Ik heb er nog niks aan gedaan.
4. Fictieportfolio, wat is dat?

Programma voor vandaag

PTA spreken (betoog) was de uitleg duidelijk?

Huiswerk uit het boek nakijken middels Lesson Up

Uitleg hoofdstuk 5 Kijken en Luisteren

Werken aan het huiswerk voor volgende week

(zie schema)

Hoofdstuk 2

Opdracht 3 - blz 52 + 53

Opdracht 3
1. Noteer de stelling waarover wordt gediscussieerd.

2. Is de presentator het eens of oneens met de stelling?

1. eens
2. oneens

3. Noteer een argument dat hij daarvoor heeft.

4. Wat is jouw mening over deze stelling? Noteer één argument.

5. Mening van de dierenbescherming.

1. eens
2. oneens

5. Mening van beller 3 Chris

1. eens
2. oneens

7. Laat de presentator de bellers uitpraten?

Hoofdstuk 3

Opdracht 4 - blz 91

1. Welke signaalwoorden gebruikt Mathijs?

2. Welk woord gebruikt de commentaarstem voor dessert?

5. Op welke manier zorgt Mathijs ervoor dat de bloem heel fijn is?

6. Wat gaat er als laatste in de beslagkom?

9. Hoe controleert Mathijs of de muffins goed gaar zijn?

Gaat het custardpoeder bij de koude melk of bij e warme melk?

1. koude melk
2. warme melk

13. Waarom wordt het scherm soms in 2 of 3 delen verdeeld?

Hoofdstuk 4

Opdracht 2 - blz 129

1. Wat is het onderwerp van dit fragment?

2. Wat voor soort programma is Kassa?

1. consumenten- programma
2. documentaire
3. reclame
4. realityprogramma

3. Wat is het doel van de programmamaker?

1. amuseren
2. overtuigen
3. informeren
4. mening geven

5. Is Wouter Zuurmond partijdig of onpartijdig?

1. partijdig
2. onpartijdig

7. Is de informatie die je door dit filmpje krijgt betrouwbaar denk je?

8. Rob Dijkstra spreekt namens het Nederlands Huisartsen Genootschap. Is hij deskundig over dit onderwerp?

1. Ja
2. nee

Hoofdstuk 5 - blz 166

Doel van deze les = interviews begrijpen

Opdracht 1 samen

Lezen theorie: Interviews

Huiswerkschema