Taal G6 persoonsvorm (pv)

Taal G6 persoonsvorm (pv)

Persoonsvorm is altijd een werkwoord (doe-woord)

Ik kook een eitje.

2 manieren om de persoonsvorm te vinden:

Maak er een ……-zin van.

Verander de …… van de zin.

Ik weet er alles van.

Vraagzin: Welk woord staat vooraan?

Weet ik er alles van? (Weet staat vooraan)

Verleden tijd: Welk woord verandert?

Ik wist er alles van. (weet --> wist)

Vind de persoonsvorm in deze zin:
De appels worden geschild.

Vind de persoonsvorm in deze zin:
Het team is kampioen geworden.

Vind de persoonsvorm in deze zin:
Veel mensen vinden dit ingewikkeld.

Vind de persoonsvorm in deze zin:
De politie kan de verdachte arresteren

Een persoonsvorm (pv) is altijd een…

1. mens, dier of ding
2. persoon
3. werkwoord

Vind de persoonsvorm in deze zin:
De meester lust graag chocola.

Vind de persoonsvorm in deze zin:
De meeste scholen zijn zaterdag gesloten.

Vind de persoonsvorm in deze zin:
Computers kunnen storing krijgen.

Ik vind de persoonsvorm in deze zin.

Vind de persoonsvorm in deze zin:
De buurman houdt niet van vuurwerk.

Vind de persoonsvorm in deze zin:
De tuinman heeft 15 jonge honden.

Vind de persoonsvorm in deze zin:
De persoon vormt persoonsvormen.

Welke 2 manieren kan je gebruiken om de persoonsvorm te vinden?