Fragewörter, Grossschreibung und Zahlen
This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.
wie = wer
wat = was
waar = wo
hoe = wie
wanneer= wann
woher= waar vandaan
warum=waarom
Luister naar het volgende filmpje.
Let op! Aan het einde volgt een vraag