Hoofdstuk §3.2 Arm en Rijk in Dubai

Welkom allemaal
Vandaag § 3.2 blz 42-43 leerboek
Pak je boeken
Telefoon in Etui ( uit )
Log in op LessonUp 
Pak je JDW map 
timer
1:00
1 / 21
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom allemaal
Vandaag § 3.2 blz 42-43 leerboek
Pak je boeken
Telefoon in Etui ( uit )
Log in op LessonUp 
Pak je JDW map 
timer
1:00

Slide 1 - Slide

Waar ging de les
afgelopen maandag over?

Slide 2 - Mind map

Allemaal opschrijven in je JDW map
Sleutelwoorden:  BNP - Welvaart - Welzijn - Sociale ongelijkheid - basisbehoeften - Wereldstad - mainport - Infrastructuur - diversificatie - leefbaarheid

R: Wat is een wereldstad
T1: Je kunt aan een afbeelding aflezen welke infrastructuur bedoelt wordt
T2: Je kunt het verschil aflezen tussen welvaart en welzijn 
I: Je kunt uitleggen welke mainport voor NL belangrijk is

Slide 3 - Slide

Wie gaat er lezen 
op blz 42

Slide 4 - Slide

Wie gaat er lezen 
op blz 43

Slide 5 - Slide

Wat is welvaart
A
Hoe het met iemand gaat ?
B
Mate waarin iemand genoeg geld heeft om in zijn behoeften te kunnen voorzien. Gaat over het inkomen van mensen.
C
Met de boot varen
D
Je bent welgesteld

Slide 6 - Quiz

Wat is een basisbehoefte
A
Eten en drinken
B
Warmte en liefde
C
Kleding en mode
D
Iets wat iedereen echt nodig heeft om redelijk te kunnen leven: voedsel, huisvesting, onderwijs en gezondheidszorg.

Slide 7 - Quiz

Leestekst
Als je kijkt naar het gemiddelde inkomen, het bruto nationaal product (bnp) per inwoner, kun je de landen in het Midden-Oosten indelen in vier verschillende categorieën
Hoe hoger het inkomen, hoe hoger de welvaart.
Koeweit, Saudi-Arabië, Bahrein, Oman, Qatar en de Verenigde Arabische Emiraten (VAE) liggen allemaal aan de Perzische Golf. Deze landen horen bij de rijkste landen ter wereld, omdat ze veel geld verdienen met de verkoop van aardolie.
In Turkije, Iran, Irak, Libanon, Israël en Egypte is het bnp per inwoner lager. Toch kan een groot deel van de bevolking luxeproducten, zoals een auto, kopen. In Jordanië hebben de meeste mensen het geld om een scooter of motor te kopen en ze wonen in een huis met
elektriciteit en stromend water. Geld voor luxeproducten is er echter niet.
 Veel inwoners in Syrië en Jemen moeten rondkomen van minder dan tien euro per dag. Voedsel en water is er wel, maar
geld voor medicijnen of voor een bezoek aan een arts is er meestal niet. Welvaart bepaalt dus voor een groot deel ook de
kwaliteit van leven en daarmee het welzijn

Slide 8 - Slide

Hoeveel geld hebben veel inwoners in Syrië en Jemen per dag?
A
Meer dan tien euro
B
Geen geld
C
Minder dan tien euro
D
Exact tien euro

Slide 9 - Quiz

Wat kunnen de meeste mensen in Jordanië zich veroorloven om te kopen?
A
Een huis met elektriciteit en stromend water
B
Een auto
C
Een scooter of motor
D
Luxeproducten

Slide 10 - Quiz

Welke landen hebben een lager bruto nationaal product per inwoner dan de rijkste landen?
A
Turkije, Iran, Irak, Libanon, Israël, Egypte
B
Jordanië, Syrië
C
Koeweit, Saudi-Arabië, Bahrein, Oman, Qatar, Verenigde Arabische Emiraten

Slide 11 - Quiz

Wat is de belangrijkste bron van inkomsten voor de rijkste landen in het Midden-Oosten?
A
Toerisme
B
Verkoop van aardolie
C
Landbouw
D
Verkoop van luxeproducten

Slide 12 - Quiz

Welke landen behoren tot de rijkste landen ter wereld?
A
Koeweit, Saudi-Arabië, Bahrein, Oman, Qatar, Verenigde Arabische Emiraten
B
Syrië, Jemen
C
Turkije, Iran, Irak, Libanon, Israël, Egypte
D
Nederland

Slide 13 - Quiz

Leestekst
 Dubai is een rijke stad in de VAE. Na de vondst van aardolie in de VAE in 1966, is Dubai uitgegroeid van een vissersdorp aan de rand van de woestijn tot een wereldstad 
De emir die Dubai bestuurt, zag al vroeg in dat de olievoorraad een keer zou opraken. Daarom bedacht hij een nieuwe bron van inkomsten voor de toekomst. De stad moest
uitgroeien tot hét handels- en toeristencentrum van het Midden-Oosten. En dat is gelukt: Dubai is een belangrijk knooppunt in transportroutes (mainport) geworden in de wereld.
Dit komt mede door de gunstige ligging ten opzichte van Europa, Azië en Australië. Dubai International Airport is inmiddels de derde luchthaven ter wereld. Het motto van Dubai was: ‘Wat goed is voor zakenlieden, is goed voor Dubai.’ Bedrijven hoeven geen belasting te betalen.
De infrastructuur is goed en ook de godsdienst is vrij. ‘Het kan me niet schelen wie soenniet is of sjiiet,’ zei de emir, ‘als je hard werkt en je buurman niet lastigvalt, dan is er plek voor je in Dubai.’ Ook lukte het om miljoenen toeristen naar
Dubai te lokken. Ze komen af op de mooie zandstranden, de prachtige hotels, de bijzondere gebouwen en de belastingvrije
winkelcentra. De economie is dus niet meer alleen gericht op olie, maar is veelzijdiger geworden. Dat noem je diversificatie
(divers = verschillend)

Slide 14 - Slide

Wat is de positie van Dubai ten opzichte van Europa, Azië en Australië?
A
Gunstige ligging
B
Dubai ligt in het midden van Europa, Azië en Australië
C
Dubai ligt ver weg van Europa, Azië en Australië
D
Dubai heeft een ongunstige ligging

Slide 15 - Quiz

Wat is diversificatie in de context van Dubai?
A
Het niet alleen afhankelijk zijn van olie als economie
B
Het aantrekken van miljoenen toeristen
C
Het hebben van belastingvrije winkelcentra
D
Het hebben van mooie zandstranden

Slide 16 - Quiz

Welke luchthaven in Dubai is de derde grootste ter wereld?
A
Dubai heeft geen grote luchthavens
B
Dubai International Airport
C
Dubai heeft meerdere grote luchthavens
D
Dubai heeft de grootste luchthaven ter wereld

Slide 17 - Quiz

Wat is het motto van Dubai?
A
Dubai is vrij van godsdienst
B
Dubai is een belangrijk knooppunt in transportroutes
C
Wat goed is voor zakenlieden, is goed voor Dubai.
D
Dubai heeft geen belastingen

Slide 18 - Quiz

Wat is de reden waarom Dubai is uitgegroeid tot een wereldstad?
A
Dubai heeft prachtige hotels
B
Dubai heeft belastingvrije winkelcentra
C
De emir bedacht een nieuwe bron van inkomsten
D
Dubai heeft mooie zandstranden

Slide 19 - Quiz

Maken blz 51 opdr 1-7
timer
1:00

Slide 20 - Slide

Wat hebben we
geleerd deze les ?

Slide 21 - Mind map