Je krijgt van de docent twee post-its. Denk terug aan alle lesstof die we de afgelopen weken behandeld hebben
Verzin een toetsvraag over de leerstof en noteer deze op een van je post-its. Als je klaar bent dan haalt de docent je blaadje op. Bewaar je andere post-it voor later in de les.
Slide 2 - Slide
Terugblik
Wat weten jullie nog van de lesstof?
Slide 3 - Slide
Programma
Wat
Hoe lang
Opening en terugblik vorige week
10 minuten
Theorie over methodieken
15 minuten
Instructie opdracht
10 minuten
Uitvoeren opdracht (in groepjes)
30 minuten
Terugkoppeling opdracht
15 minuten
Afronden les
10 minuten
Slide 4 - Slide
Doel
Je kunt de kern van 5 verschillende begeleidingsmethodieken uitleggen
Je kunt beargumenteren welke begeleidingsmethodiek jij in je ondersteuningsplan gaat gebruiken
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Methodieken
Een methodiek is een planmatige manier om een bepaald doel te bereiken. Je kunt het een beetje vergelijken met:
Als je 'zomaar' wat gaat doen dan is de kans groter dat je je doel niet gaat behalen
Slide 7 - Slide
4 kenmerken aan een methodiek
Een methodiek is doelgericht: je werkt naar een bepaald doel toe
Je werkt systematisch: dat betekent dat je volgens vooraf bedachte stappen werkt
Je werkt procesmatig: de stappen die je zet sluiten op elkaar aan
Je werkt bewust: je weet wanneer en waarom je bepaalde dingen doet
Slide 8 - Slide
Hoe kies je een methodiek
Welke methodiek je kiest is van een aantal dingen afhankelijk. Voorbeelden hiervan zijn:
De organisatie waar je stage loopt of werkt
Het doel dat je samen met je cliënt bepaald hebt
De mogelijkheden en interesses van de client
Je eigen kennis en voorkeur
Als beginnend professional kan het heel goed zijn als je een aantal veel voorkomende methodieken kent. Dit kan je houvast bieden op je stage/werk.
Slide 9 - Slide
Interventiebank
Methodieken waarvan bewezen is dat ze goed werken worden opgenomen in een interventiebank. Je kunt hier dus op zoek gaan naar methodieken waarvan duidelijk is dat ze goed werken.
Overzicht van databanken met interventies (leefstijl)
Slide 10 - Slide
Uitzoeken van methodieken
Voordat je een methodiek kiest, moet je er bekend mee zijn. Jullie gaan je daarom verdiepen in een aantal methodieken in groepjes. Deze methodieken gaan jullie ook aan elkaar uitleggen.
Slide 11 - Slide
Onderzoek naar methodieken
Hieronder zie je 5 methodieken die regelmatig gebruikt worden in de maatschappelijke zorg. Kies een methodiek waar jij je deze les in wilt verdiepen. Je kunt hier bijvoorbeeld het boek 'Methodisch begeleiden' gebruiken. Let op: Maximaal 4 studenten per methodiek!
Oplossingsgerichte gespreksvoering (Thema 24)
Gordon-methode (Thema 24)
Triple C (Thema 25)
Systeemgericht werken (Thema 26)
Realiteitsorientatiebenadering (Thema 27)
Anders
Slide 12 - Slide
Onderzoek
Zoek de belangrijkste informatie over jouw methodiek op. Je kunt het boek 'Methodisch begeleiden' van Boom gebruiken (thema 24 tot en met 27) of het internet
Presenteer
Presenteer jouw methodiek samen met je groep aan de rest van de klas. Zorg ervoor dat de klas aan het einde van je presentatie weet wat de belangrijkste kenmerken zijn van de methodiek en hoe ze de methodiek kunnen toepassen.
Vorm
Je mag zelf weten of je een presentatie maakt, filmpje, vlog, enzovoort
Hoe lang
30 minuten voorbereiding, daarna presentaties
Slide 13 - Slide
Vragen
Geef in ieder geval antwoord op de volgende vragen:
Voor welke doelgroep is deze methodiek geschikt?
Wat zijn de belangrijkste kenmerken van deze methodiek?
Welke succesverhalen / praktijkvoorbeelden kun je vinden?
Hoe pas je de methodiek toe bij je clienten?
Wat vind jij een sterk punt van deze methodiek
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Evaluatie van de les
Je hebt nog een post-it over.
Bovenaan schrijf je op wat de docent de volgende les anders kan doen om de les beter te laten verlopen.
Onderaan schrijf je op wat jij de volgende les zelf anders kunt doen om de les beter te laten verlopen
Slide 16 - Slide
Huiswerk
Werk aan stap 1 tot en met 6 van de eindopdracht
Lees uit het boek 'Methodisch begeleiden' thema 6 (Evalueren en bijstellen)