5.1 Leenheren en leenmannen

5.1 Leenheren en leenmannen
Boeken en schriften op tafel
Telefoon houd je bij je (NIET gebruiken totdat ik het zeg)
1 / 19
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

5.1 Leenheren en leenmannen
Boeken en schriften op tafel
Telefoon houd je bij je (NIET gebruiken totdat ik het zeg)

Slide 1 - Slide

Voordat we gaan beginnen... welk gevoel heb je op dit moment het meest?
A
Ik voel me prima! :)
B
Ik voel me moe...
C
Ik heb geen zin...
D
Ik voel me .... (en dat leg ik nog wel even uit)

Slide 2 - Quiz

Wij starten vandaag met 5.1
Aan het eind van deze les:
  1. Weet je de betekenis van de volgende begrippen:
    feodalisme/leenstelsel, leenman en leenheer
  2. Kan je omschrijven hoe groot het Frankische Rijk was.
  3. Kan je uitleggen hoe het feodalisme/leenstelsel werkt.
  4. Kan je uitleg geven hoe het Frankische Rijk werd bestuurd.

Slide 3 - Slide

Het Frankische Rijk
We gaan een kort filmpje kijken over het ontstaan van het Frankische Rijk. Let bij het bekijken van het filmpje op de volgende vraag: 

Wat valt je op hoe dit rijk wordt bestuurd?

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Wat is je opgevallen over hoe het Frankische Rijk wordt bestuurd?

Slide 6 - Open question

Slide 7 - Slide

Karel de Grote
Vorst van het Frankische Rijk

Zo'n groot rijk.... dat was moeilijk besturen!

Maar waarom eigenlijk?


Slide 8 - Slide

Waarom kon Karel de Grote niet in zijn eentje het Frankische Rijk besturen?

Slide 9 - Open question

De oplossing: het feodalisme/leenstelsel







Slide 10 - Slide

Feodalisme (of leenstelsel)
Een leenheer verdeelt zijn rijk. Elk stukje grond (een leen) geeft de leenheer te leen aan een leenman.  De leenman mag over dit stukje grond zelf besturen en krijgt de inkomsten uit het gebied. In ruil hiervoor moet hij:
1. trouw zweren aan de leenheer
2. militairen leveren aan de leenheer

Slide 11 - Slide

Wat gebeurt er op deze afbeelding?

Slide 12 - Open question

Karel de Grote is in het systeem van het feodalisme de .....
A
leenheer
B
leenman

Slide 13 - Quiz

Waarom bestond het feodalisme?
A
Het besturen van een groot rijk ging moeilijk door slechte wegen en slechte communicatie.
B
Leenmannen wilden toch al macht hebben, dus was het feodalisme een mooie oplossing.
C
Karel de Grote was niet goed genoeg om een groot rijk in zijn eentje te besturen
D
Karel de Grote gunde anderen ook een stukje macht.

Slide 14 - Quiz

Wat moet een leenman doen voor de leenheer?

Slide 15 - Open question

Stelling: het feodalisme is zowel voor de leenheer als voor de leenman erg gunstig. Leg dit uit.

Slide 16 - Open question

Aan de slag
HAVO: Maak opdracht 2 t/m 4 (blz. 111-112 werkboek)
VWO: Maak opdracht 2 t/m 4 (blz. 127-128 werkboek)

Slide 17 - Slide

Einde les
Aan het eind van deze les:
  1. Weet je de betekenis van de volgende begrippen:
    feodalisme/leenstelsel, leenman en leenheer
  2. Kan je omschrijven hoe groot het Frankische Rijk was.
  3. Kan je uitleggen hoe het feodalisme/leenstelsel werkt.
  4. Kan je uitleg geven hoe het Frankrische Rijk werd bestuurd.

Slide 18 - Slide

In de volgende les
bekijken we de gevolgen van het feodalisme
en maken we kennis met ridders!
 

Slide 19 - Slide