This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Bonjour et bienvenue
Slide 1 - Slide
Comment ça va ?
Je suis en pleine forme!
Je suis amoureux(se)
Je suis fatigué(e)
Je suis crevé(e)
ça ne va pas du tout!
J'ai passé de
bonnes vacances!
Slide 2 - Slide
Quel temps
fait-il
aujourd'hui?
Slide 3 - Slide
Chapitre 2 - Tu viens chez moi?
Programme
1. Terugblik de vorige les
2. Jezelf en je familie voorstellen
3. lesevaluatie
4. les devoirs
Leerdoelen
Ik kan het bijv.naamw. aanpassen
Ik kan vertellen over mijzelf, mijn familie en huisdier (en)
Slide 4 - Slide
Au travail
Pak je laptop en log in LessonUp!
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Onregelmatige vormen
man. enk.
vrouw. enk.
man. mv.
vrouw. mv.
vertaling
bon
bonne
bons
bonnes
goed
beau
belle
beaux
belles
mooi
nouveau
nouvelle
nouveaux
nouvelles
nieuw
vieux
vieille
vieux
vieilles
oud
Slide 7 - Slide
Vul het juiste bijvoegelijk naamwoord in.
Elle a un nouveau t-shirt et il a une ... ..robe.
Slide 8 - Open question
Vul het juiste bijvoegelijk naamwoord in Il a un vieux grand-père et une ... (vieux) grand-mère.
Slide 9 - Open question
Kies de juiste vorm: La ceinture est (blauw)
A
bleu
B
bleus
C
bleue
D
bleues
Slide 10 - Quiz
Kies de juiste vorm: Il est (groot)
A
grande
B
grand
C
grandes
D
grands
Slide 11 - Quiz
Parler de sa famille
Slide 12 - Slide
c'est la fille de mes parents.....
A
ma soeur
B
mon frère
C
mon cousin
D
ma cousine
Slide 13 - Quiz
c'est la soeur de ma mère
A
mon oncle
B
ma grand-mère
C
ma soeur
D
ma tante
Slide 14 - Quiz
c'est le frère de mon père
A
mon cousin
B
mon grand-père
C
mon oncle
D
ma soeur
Slide 15 - Quiz
c'est le fils de ma tante
A
mon frère
B
mon oncle
C
ma mère
D
mon cousin
Slide 16 - Quiz
Voilà ma famille
Slide 17 - Slide
Les animaux de compagnie
de huisdieren
Le lapin - het konijn la vache - de koe
le chat - le hamster beau / belle - mooi
le chien - de hond actif / active - actief
l'oiseau - de vogel adorable ! - schattig !
la poule - de kip
Slide 18 - Slide
Jezelf en je familie voorstellen
Wat: Jezelf en je famile voorstellen.
Hoe? individueel 10 minuten
Hulpmiddelen: phrases -clés/Boek
Slide 19 - Slide
Jezelf en je familie voorstellen
Maak vier hele zinnen in het Frans: hoe je heet, je leeftijd, je woonplaats en je familie (ouders, broers, zussen en dieren. beschrijf ook hun karakter). Schrijf het op in je schrift.