What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
onderdeel 3: het bijvoeglijk naamwoord
BONJOUR ET BIENVENUE
Bonjour
et
bienvenue!!
1 / 18
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
This lesson contains
18 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
BONJOUR ET BIENVENUE
Bonjour
et
bienvenue!!
Slide 1 - Slide
la tâche de début
Grammatica: Delend lidwoord
Overleg in tweetallen.
vul in: Voorzetsel à/de + lidwoord
Isa & Marie vont _________écolé. (naar de)
C'est la chambre ________enfants. (van de)
Je vais _________cinéma (naar de)
timer
1:00
Slide 2 - Slide
Aujourd'hui
Programme:
La tâche de début
Lessonup: Het bijvoeglijk naamwoord
Au travail: grammaticaboekje (onderdeel 3)
Slide 3 - Slide
vwo
Slide 4 - Slide
Lessonup inhoud:
Het bijvoeglijk naamwoord (+plaats)
Prenez votre chromebook & log in sur lessonup avec votre propre nom.
Slide 5 - Slide
mannelijk
vrouwelijk
enkelvoud
-
-e
meervoud
-s
-es
mannelijk
vrouwelijk
enkelvoud
petit
petit
e
meervoud
petit
s
petit
es
Het bijvoeglijk naamwoord
Slide 6 - Slide
Het bijvoeglijk naamwoord kan 4 vormen hebben
Mannelijk
Vrouwelijk
Enkelvoud
Meervoud
grande
grandes
grand
grands
Slide 7 - Drag question
Wat is de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord?
A
Elle porte une robe bleue.
B
Elle porte une robe bleus.
C
Elle porte une robe bleu.
D
Elle porte une robe bleues.
Slide 8 - Quiz
Onregelmatige bijvoeglijk naamwoorden
man. enk.
vrouw. enk.
man. mv
.
vrouw. mv.
vertaling
beau
belle
beaux
belles
mooi
nouveau
nouvelle
nouveaux
nouvelles
nieuw
vieux
vielle
vieux
vieilles
oud
Slide 9 - Slide
Ils sont (nieuw)
A
nouveau
B
nouveaux
C
nouvelle
D
nouvelles
Slide 10 - Quiz
Ma grand-mère est (oud)
A
vieux
B
vieille
C
vieux
D
vieilles
Slide 11 - Quiz
Schuif de woorden in de juiste volgorde
GRAMMAIRE
Het bijvoeglijk naamwoord
J'habite dans une ............................ maison
Il y a de .................... chambres.
Nous avons aussi un ....................jardin
Nous avons trois lapins .......................
Mon animal ..................... c'est Sammie.
Ma mère est ...........................
Kies het correcte bijvoeglijke naamwoord. Let op bij de onregelmatige vormen.
belles
vieux
beau
vieille
bruns
brune
hollandaise
préféré
préférés
Slide 12 - Drag question
Uitzondering:
Beau, bon, joli
haut, long, petit,
jeune, vieux, grand,
gros, mauvais, méchant,
nouveau, autre, large
La
jolie
fille
Le
petit
enfant.
le
nouveau
livre.
De plaats
In het Nederlands staat het bijvoeglijk naamwoord
voor
het zelfstandig naamwoord
In het Frans staat het bijvoeglijk naamwoord meestal
achter
het zelfstandig naamwoord:
Het
blonde
meisje. La fille
blonde
De
zwarte
kat Le chat
noir
Slide 13 - Slide
Vertaal: Zij is een mooi en sportief meisje.
Slide 14 - Open question
Vertaal:
Hij heeft een nieuwe, rode auto.
Slide 15 - Open question
Au travail !
Wat?
exercice 1: het bijvoeglijk naamwoord
à la page 9
Met wie en hoe?
- je mag in tweetallen overleggen/samenwerken
Na 15 minuten gaan we klassikaal nakijken
.
Tijd?
Tip:
Kijk op pagina
8
Klaar?
- Extra oefeningen op Teams.
timer
15:00
Slide 16 - Slide
Il préfère porte un ______pantalon ______(vert)
Elle a une _______ chambre _______ (moderne)
Francine porte toujours des_______ jupes _______ (joli)
Alexandre aime lire des _______ livres (m) _______ (intéressant)
Il n'aime pas lire des _______ livres _______ (français)
J'ai acheté une _______ voiture _______ (beau)
Les _______ garçons _______ ont gagné (sportif)
E
Exercice 1:
Zet het bijvoeglijk naamwoord in de juiste vorm en op de juiste plaats.
Klassikaal nakijken
Slide 17 - Slide
La femme ________(van de) boulanger (m)
Je suis dan le jardin ________(van het ) hôtel.
Le prof donne une interro ________(aan de) élèves.
il va ________(naar de) marché (m)
C'est une jolie photo ________(van de) garçons.
à midi je mange ________(in de) cantine (v)
Magali va ________(naar het) concert (m).
quel est le prix ________(van de) voiture(v)?
La chambre ________(van de ) parents.
La chambre ________(van het) enfant.
E
Exercice 1:
Vertaal de woorden tussen haakjes NF.
Kies uit:
Du, de la, de l', des, au, à la, à l' & aux
Klassikaal nakijken
Slide 18 - Slide
More lessons like this
onderdeel 3: het bijvoeglijk naamwoord
December 2023
- Lesson with
20 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
onderdeel 3: het bijvoeglijk naamwoord
December 2023
- Lesson with
13 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
herhaling onderdeel 1-3 + leesvaardigheid
December 2023
- Lesson with
19 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
product 2 + herhaling pouvoir & vouloir et le présent
January 2023
- Lesson with
17 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
unité 5: herhaling grammaire 2 (bijvoeglijk naamwoord) + qui suis-je?
June 2024
- Lesson with
23 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Product 3: omschrijving van het product
January 2023
- Lesson with
16 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
grammaire 2: bijvoeglijk naamwoord (bijzonder vormen)
March 2024
- Lesson with
18 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
onderdeel 2: voorzetsel à/de + bepaald lidwoord
December 2023
- Lesson with
22 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3