Werkwoordstijden quizz

Les verbes...
un quizzzz ...
1 / 54
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 54 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Les verbes...
un quizzzz ...

Slide 1 - Slide

Afspraken:
inschrijven met je eigen naam

Slide 2 - Slide

Afspraken:
geen punten achter de woorden
juiste accenten gebruiken
é = 
è = 
ê = 

Slide 3 - Slide

Le présent

Slide 4 - Slide


e  s
e  e  e

ons
ez
ent
Leer met ritme:
  1. Bepaal welk werkwoord je nodig hebt.
  2. Schrijf het onderwerp op.
  3. Schrijf de stam van het werkwoord op.
  4. Plak er de juiste uitgang achter.
ww-ir
ww-er
is
is
it

issons
issez
issent
Le présent
|
|
|
|   herhaal dit 3x
|   

Slide 5 - Slide


Vertaal:
ik ben

Slide 6 - Open question


Vertaal:
ik heb

Slide 7 - Open question


Vertaal:
jij hebt

Slide 8 - Open question


Vertaal:
men is

Slide 9 - Open question


Vertaal:
het is

Slide 10 - Open question


Vertaal:
we zingen
nous ...

Slide 11 - Open question


Vertaal:
ik ben dol op

Slide 12 - Open question


Vertaal:
zij groeit
grandir ...

Slide 13 - Open question


Vertaal:
ik kies
choisir ...

Slide 14 - Open question


Vertaal:
jullie vullen in
remplir ...

Slide 15 - Open question

Le passé composé

Slide 16 - Slide


Vertaal:
jullie zijn geweest

Slide 17 - Open question


Vertaal:
zij hebben gehad
ils ...

Slide 18 - Open question


Vertaal:
mijn broer heeft gespeeld

Slide 19 - Open question


Vertaal:
mijn vriend is gegaan 
ami ...

Slide 20 - Open question


Vertaal:
zij heeft besloten

Slide 21 - Open question

L'imparfait

Slide 22 - Slide


Vertaal:
ik was

Slide 23 - Open question


Vertaal:
ik had

Slide 24 - Open question


Vertaal:
jij had

Slide 25 - Open question


Vertaal:
men was

Slide 26 - Open question


Vertaal:
het was

Slide 27 - Open question


Vertaal:
we zongen
nous ...

Slide 28 - Open question


Vertaal:
ik was dol op

Slide 29 - Open question


Vertaal:
ik eindigde

Slide 30 - Open question


Vertaal:
ik geluisterde

Slide 31 - Open question


Vertaal:
u zong

Slide 32 - Open question

Verschil tussen:
c'est
il y a
c'était
il y avait

Slide 33 - Slide

Choisir ...


il y avait = ...
c'était = ...

Slide 34 - Slide


... comment le concert de "Stromae"?
A
c'était
B
il y avait

Slide 35 - Quiz


 ... beaucoup de monde.
A
c'était
B
il y avait

Slide 36 - Quiz


 ... vraiment super!
A
c'était
B
il y avait

Slide 37 - Quiz


... aussi un gâteau pour mon anniversaire après le spectacle.
A
c'était
B
il y avait

Slide 38 - Quiz


... formidable!
A
c'était
B
il y avait

Slide 39 - Quiz


... une super ambiance
A
c'est
B
il y a

Slide 40 - Quiz


Samedi soir, ... une soirée de danse hip-hop au collège.
A
c'était
B
il y avait

Slide 41 - Quiz


Samedi soir, ... une soirée de danse hip-hop au collège.
A
c'est
B
il y a

Slide 42 - Quiz

Les 
images

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide


Welke zin past er bij dit plaatje?
A
Il fait chaud.
B
Il fait froid.

Slide 45 - Quiz

Slide 46 - Slide


Welke zin past er bij dit plaatje?
A
Les devoirs
B
Les patins

Slide 47 - Quiz

Slide 48 - Slide


Welke zin past er bij dit plaatje?
A
ils font les devoirs
B
ils patinent sur glace

Slide 49 - Quiz

Slide 50 - Slide


Welke zin past er bij dit plaatje?
A
un bonhomme de neige
B
un homme danse

Slide 51 - Quiz

Slide 52 - Slide


Welke zin past er bij dit plaatje?
A
il neige
B
il pleut

Slide 53 - Quiz

Qui a gagné 
le quizzzz ?

Slide 54 - Slide