Ik kan uitleggen hoe het inwendig milieu constant blijft
Ik kan benoemen wat het inwendig- en het uitwendig milieu is en de verschillen tussen beide benoemen,
Ik kan uitleggen waarom het lichaam aan opname, uitscheiding en opslag doet.
Ik ken de organen die een rol spelen bij het instant houden van het inwendige milieu.