Eind groep 4

groep 4
Bedankt voor dit leuke schooljaar!
Wat hebben jullie veel geleerd en goed je best gedaan. Ik ben super trots op jullie! 
Emi, Kim, Hielke, Ruben, Ezra, Philip, Bas, Aron
1 / 28
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 4

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

groep 4
Bedankt voor dit leuke schooljaar!
Wat hebben jullie veel geleerd en goed je best gedaan. Ik ben super trots op jullie! 
Emi, Kim, Hielke, Ruben, Ezra, Philip, Bas, Aron

Slide 1 - Slide

Wat vond je leuk in groep 4?

Slide 2 - Mind map

Bij welke spellingregel horen deze woorden?
slopen, lopen, ramen
A
meeuw
B
molen
C
gebak
D
eend

Slide 3 - Quiz

Bij welke spellingregel horen deze woorden?
schuld, hemd, geld
A
beer
B
fiets
C
eend
D
geit

Slide 4 - Quiz

zit 40 in de tafel van 8?
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quiz

50+120=
A
171
B
320
C
180
D
170

Slide 6 - Quiz

De gasten worden verdeeld over 3 tafels. Aan elke tafel zitten 4 gasten.
Hoeveel gasten komen er?
A
4+4+4=12
B
4+3=7
C
3+3+3=9
D
3+3+4+4=14

Slide 7 - Quiz

In welke plaats gaat Kim wonen?

Slide 8 - Open question

In welk land is Philip geweest met het vliegtuig om familie te bezoeken?

Slide 9 - Open question

25. Wanneer zijn de Olympische spelen?
A
Ieder jaar
B
Om de twee jaar
C
Om de vier jaar
D
Om de 10 jaar

Slide 10 - Quiz

Waar staan de ringen van de Olympische Spelen voor?
A
de werelddelen
B
de sporten
C
voor vrede

Slide 11 - Quiz

Hoe heet het broertje van Aron?

Slide 12 - Open question

Hoe heet de broer van Emi?

Slide 13 - Open question

Wat vond je minder leuk in groep 4?

Slide 14 - Mind map

Hoeveel broertjes heeft Hielke?

Slide 15 - Open question

Hoe heet de hond van Ezra?

Slide 16 - Open question

Douwe heeft een fiets met 21 versnellingen. Yasmin heeft er 6 minder. Hoeveel versnellingen heeft zij?
A
18
B
16
C
15
D
13

Slide 17 - Quiz

Wat is vermenigvuldigen?
A
lange minsom
B
lange plussom

Slide 18 - Quiz

Wat is de favoriete sport van Bas?

Slide 19 - Open question

Welk bed heeft Ruben?

Slide 20 - Open question

Welke zin is goed?
A
Lana fietst door de Berkenstraat.
B
lana fietst door de Berkenstraat.
C
Lana fietst door de berkenstraat.
D
lana fietst door de berkenstraat.

Slide 21 - Quiz

Hoofdletters gebruik je
A
bij namen
B
aan het begin van de zin
C
alleen bij straatnamen
D
bij alle namen en aan het begin van de zin

Slide 22 - Quiz

Welke twee categorieën zitten er in: vrolijk
A
klankgroepenwoord en achtervoegsel
B
klankgroepenwoord en voorvoegsel
C
hakwoord en achtervoegsel
D
hakwoord en voorvoegsel

Slide 23 - Quiz

Noem goede eigenschappen van juf Yvonne.

Slide 24 - Mind map

Noem dingen die juf Yvonne beter anders kan doen volgend schooljaar.

Slide 25 - Mind map

Wat vonden jullie van deze quiz?

Slide 26 - Mind map

Wat ga je in de vakantie doen?

Slide 27 - Open question

Slide 28 - Slide