1. File 4 Comics opd 33 t/m 35 DIY

• Engels
• Middelbare school
• vmbo k, g, t
• Leerjaar 1

Zelfstandig aan het werk

• Volg eerst de uitleg via deze Lesson up les en maak de opdrachten hiervan.
• Check onderaan deze les wat je moet doen als huiswerk en kijk ook even in Som of dat klopt. 
• Vergeet niet de woorden van file 4 te oefenen: Schrijven en Quizlet.
  

Today we.......?

1. ... Refresh; Past Simple/Present Perfect/ Past Continuous....
2. .......to do.......... exercise 33/34/35(KGT2 - 33 t/m 37)
   
   

Snap je iets niet van de uitleg.... aan het eind van deze Lessonup les kun je een vraag stellen. Ik al deze beantwoorden!

Bekijk de video's en uitleg goed voordat je aan het werk gaat.

Past Simple

De verledentijd.
(yesterday, 2 years ago, last monday..etc.)

In de verledentijd komt er achter het werkwoord -ed.

I walked to the park yesterday.
LET OP: er zijn ook irregular verbs (veranderen van vorm)

Net als schrijven/schreef> Write= in de past simple = Wrote. 

Je kunt een lijstje vinden van irrregular verbs in Som.

Present Perfect

Iets dat nog steeds doorgaat in het heden.

Ik voetbal al 3 jaar en dat doe ik nog steeds....

I have played football for 3 years.

I have always been late.

De present perfect gebruik je altijd met een vorm van het werkwoord To Have.

Signaalwoorden Present Perfect

FYNE JAS:

for-yet-never-ever

just-already-since/still/so

En nu de video: 

0

Present ContiNUous

Als je in het Engels vertelt dat je nu iets aan het doen bent.

Dan gebruik je am, are of is + het werkwoord + -ing. 

 Je gebruikt dus een vorm van het werkwoord to be in de tegenwoordige tijd. 

I am playing Tennis.

Signaalwoorden: now, right now, at the moment

Past Continuous

Als je vertelt dat je in het verleden iets aan het doen was.

was of were + het werkwoord + -ing. 

Je gebruikt dus een vorm van het werkwoord to be in de verleden tijd. 

I was playing Tennis yesterday.

Signaalwoorden:  when I was younger, yesterday, last week, last night, last year, the other day...

To Be ( NU- TT)

I                      am       walking 

He/she/it    is

you                are

We                  are

they               are

Present Continuous

To Be (vroeger - vt)

I                      was     walking

He/she/it    was

you                 were

We                   were

they                were

Past Continuous

Noem 2 dingen die je hebt geleerd van deze Lesson up les:

Heb je een vraag over deze uitleg, stel hem hieronder. Volgende slide is je huiswerk....

Homework

Do(/finish):

• Exercise 33/34/35          (33 t/m 37 KGT2)
• Practice your words. Schrijf woorden in je schrift die jij nog moeilijk vindt. Check ook of je ze goed schrijft. Doe dat deze les van woordlijst A.
  

Next Lesson:

• Practice file 4
  

0