I. Writing and grammar

• Engels
• Middelbare school
• vmbo lwoo, k
• Leerjaar 3

• Sit down quietly
• Put your books on the table
• You don't need your laptop yet

•  Cat Tombili
• Adverbs and adjectives
• Practice

Today

Lesson goals

You know what an adjective is

You know wat an adverb is

Lazy cat Tombili

This lazy cat's name was Tombili. Everyday, she lazily sat on this curb. The people loved this chubby cat and her relaxed attitude. They quickly took photos of her. When she sadly passed away, people put a  beautiful statue of her at this urban location. 

Read  text

Adverbs (bijwoord): Zegt iets over het werkwoord in de zin. 

Antwoord op de vraag: Hoe ...... ?

Page 164

Adverbs (bijwoord): Zegt iets over het werkwoord in de zin. 

Antwoord op de vraag: Hoe ...... ?

We all sing beautifully.

page 164

Adjective (bijvoeglijk naamwoord): Zegt iets over een persoon of ding.

Antwoord op de vraag: Wat voor ..... ?

page 164

Adjective (bijvoeglijk naamwoord): Zegt iets over een persoon of ding.

Antwoord op de vraag: Wat voor ..... ?

He is a fast swimmer.

Page 164 

Adverbs (bijwoord): Zegt iets over het werkwoord in de zin. 

Antwoord op de vraag: Hoe ...... ?

We all sing beautifully.

Adjective (bijvoeglijk naamwoord): Zegt iets over een persoon of ding.

Antwoord op de vraag: Wat voor ..... ?

He is a fast swimmer.

Page 164

Spelling

Bijwoord: bijvoeglijknaamwoord + ly

beautiful - beautifully

Exceptions:

- le   --> ly                  terrible - terribly

- y    --> ily                  easy - easily

- ic  --> ically             fantastic - fantastically

Adjectives = bijv nw

Een bijvoeglijk naamwoord gebruik je om iets of iemand 

te omschrijven. Een bijvoeglijk naamwoord wordt vaak gevolgd door een zelfstandig naamwoord.

That is an amazing girl.

We all love that funny movie.

I think he is a terrible teacher.

Adverb = bijwoord

Een bijwoord gebruik je om aan te geven HOE iemand iets doet. Een bijwoord omschrijft vaak een werkwoord, maar ook een ander bijwoord, een bijvoeglijk naamwoord of de hele zin.

                                                                                    Mary sings wonderfully.

                                                     My grandparents talk incredibly loudly.

                            I am eating an amazingly delicious steak right now.

                                                         Hopefully, she will call me back later.

SO...

Ron is a careful driver.

Ron drives carefully.

Let's practise!

Answer the next questions

------>

My aunt always cries very ___!

1. loud
2. loudly

The girl sings ___!

1. fantastic
2. fantastically
3. fantasticly

I am going to be ___ for school!

1. late
2. lately

Vinny plays rugby very ___.

1. good
2. well

Hermione ___ answered the question.

1. happy
2. happily

My classmate is a _______ person.

1. nice
2. nicely

I can speak Spanish very ________.

1. good
2. well

She is always ________ .

1. late
2. lately

This hamburger tastes ...

1. awful
2. awfully

I think a Friesian horse is ...

1. beautiful
2. beautifully

This is an .....question.

1. Extreme difficult
2. Extremely difficult

Ik weet het verschil tussen een adverb en een adjective.

😒🙁😐🙂😃

Time to practise

Page 164:

Exercises 55, 56A, 57, 58, 59, 61

Ready? Slim stampen