Woordenschat: vaste voorzetsels en voorzetseluitdrukkingen

10 minuten lezen
timer
10:00
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

10 minuten lezen
timer
10:00

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Vandaag 

  1. Huiswerk nakijken
  2. Uitleg vaste voorzetsels en voorzetseluitdrukkingen
  3. Zelf aan de slag

Slide 2 - Slide

Het lijdend voorwerp vind je door te vragen: 
WIE (OF WAT) + WERKWOORDELIJK GEZEGDE + ONDERWERP
Let op: 
Niet elke zin heeft een lijdend voorwerp: geen goed antwoord op de vraag? Geen lijdend voorwerp!
Lijdend voorwerp begint nooit met een voorzetsel! 
Huiswerk nakijken
Waar?
Bladzijde 28

Welke opdracht?
 Opdracht 1





Slide 3 - Slide

This item has no instructions

  • 1 De meeste kleine kinderen / luisteren / graag / naar traditionele sprookjes.
  • pv = luisteren
  • ow = De meeste kleine kinderen
  • wg = luisteren
  • vv = naar traditionele sprookjes
  • 2 Op de Olympische Spelen / twijfelde / Bolt / nooit / aan zijn winst op de 100 meter.
  • pv = twijfelde
  • ow = Bolt
  • wg = twijfelde
  • vv = aan zijn winst op de 100 meter
  • 3 De agent / heeft / zich / behoorlijk / geërgerd / aan de grote mond van de arrestant.
  • pv = heeft
  • ow = De agent
  • wg = heeft zich geërgerd
  • vv = aan de grote mond van de arrestant

Opdracht 1

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

  • 4 Wie van jullie / keek / het meeste / uit / naar de eerste schooldag?
  • pv = keek
  • ow = Wie van jullie
  • wg = keek uit
  • vv = naar de eerste schooldag
  • 5 In de polder / waarschuwen / verkeersborden / voor overstekende otters.
  • pv = waarschuwen
  • ow = verkeersborden
  • wg = waarschuwen
  • vv = voor overstekende otters
  • 6 Meestal / zullen / leerlingen / uitgaan / van de eerlijkheid van de docent.
  • pv = zullen
  • ow = leerlingen
  • wg = zullen uitgaan
  • vv = van de eerlijkheid van de docent


Opdracht 1

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
* Je leert over vaste voorzetsels en uitdrukkingen (woordenschat H3). 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Staat er in de zin
'De sleutels hangen aan het haakje'
een voorzetseluitdrukking?
A
ja
B
nee

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Welke voorzetseluitdrukking hoort in deze zin?

… verband … de vakantie zijn de winkels langer open.

Slide 10 - Open question

This item has no instructions

Staat er in de zin
'PSV speelde in Venlo een zwaar duel'
een voorzetseluitdrukking?
A
ja
B
nee

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Vul aan met een vast voorzetsel:
door middel ...

Slide 12 - Open question

This item has no instructions

Vul aan met een vast voorzetsel:
Verlangen ...

Slide 13 - Open question

This item has no instructions

Vul aan met een vast voorzetsel:
een hekel hebben ...

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

Geef zelf een voorbeeld van een werkwoord met een vast voorzetsel.

Slide 15 - Open question

This item has no instructions

Geef zelf een voorbeeld van een voorzetseluitdrukking.

Slide 16 - Open question

This item has no instructions

Huiswerk 
Waar? 
Bladzijde 84-85

Welke opdracht?
Opdracht 1.1/1.2 en 2.1/2.2.

Is dit huiswerk voor de volgende keer?
Nee, voor volgende week

Wat moet ik doen als ik al klaar ben?
Je leest dan in je fictieboek



Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Jelte Tsjerk
Teije
Rosalie
Fedde
Symen
Hielke
18-11 13:10-13:30 lokaal 74

Slide 18 - Slide

This item has no instructions